les 10

Leerjaar 2 - periode 1 - les 10
*welkom
* terugblik publiek
* schrijven met een schrijfplan - boek 
* afsluiting en huiswerk


LessonUp op je telefoon
boek blz 307-308 ! 
en pen  
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leerjaar 2 - periode 1 - les 10
*welkom
* terugblik publiek
* schrijven met een schrijfplan - boek 
* afsluiting en huiswerk


LessonUp op je telefoon
boek blz 307-308 ! 
en pen  

Slide 1 - Slide

periode 1 (deel 2) inhoud
schrijven! 
 We gaan het hebben over:
* schrijven voor de doelgroep
* schrijven met een schrijfplan

Naast deze opdrachten werken we ook aan spelling! 
dit doe je op de laptop 

Slide 2 - Slide

periode 1 (deel 2) toetsing 
Schrijf een uiteenzettend artikel over een onderwerp dat ik nog ga vertellen. We letten hierbij vooral op schrijven voor de doelgroep en schrijven met een schrijfplan. 

1 cijfer. Die wordt gemiddeld met het cijfer van lezen.
Gemiddelde 5,5 of hoger = studiepunten 

Slide 3 - Slide

wat weet je nog over de ijkpersoon?

Slide 4 - Open question

Wat is een schrijfplan?

Slide 5 - Mind map

Waarom zou je een schrijfplan gebruiken?

Slide 6 - Mind map

schrijfplan
Niemand kan zomaar een tekst schrijven
Schrijven gebeurt in 3 fases:
  1. Voorbereiden
  2. Uitvoeren
  3. Controleren en verbeteren
Een schrijfplan kun je maken als je het schrijven van een tekst gaat voorbereiden

Slide 7 - Slide

Stappenplan schrijfplan
1) Bepaal het schrijfdoel.
2) Bepaal de doelgroep.
3) Bepaal het onderwerp.
4) Bepaal de tekststructuur.
5) Bepaal de deelvragen/argumenten.
6) Verzamel informatie.
7) Selecteer welke informatie je wilt gebruiken.
8) Bepaal de inhoud voor inleiding, kern en slot.
9) Maak het schrijfschema.

Slide 8 - Slide

Samen doorlopen
*We gaan een spreekbeurt houden over de muis en ter voorbereiding willen we een tekst daarvoor schrijven. Samen gaan we een schrijfplan voor die tekst maken.
Stappenplan doorlopen
*Stel: je gaat een tekst schrijven over de muis. Samen gaan we nu een schrijfplan voor die tekst maken.

Slide 9 - Slide

1) Bepaal het schrijfdoel.
A
Amuseren
B
Activeren
C
Overtuigen
D
Informeren

Slide 10 - Quiz

2) Bepaal de doelgroep
1) Bepaal het schrijfdoel. -> Informeren
2) Bepaal de doelgroep. -> ???


Slide 11 - Slide

Bepaal het onderwerp:
1) Bepaal het schrijfdoel. -> Informeren
2) Bepaal de doelgroep. -> Klasgenoten
3) Bepaal het onderwerp. -> ???

Slide 12 - Slide

Bepaal de tekststructuur
1) Bepaal het schrijfdoel. -> Informeren
2) Bepaal de doelgroep. -> Klasgenoten
3) Bepaal het onderwerp. -> De muis
4) Bepaal de tekststructuur. -> ???

Slide 13 - Slide

Vaste tekststructuren 
oorzaak-en-gevolgstructuur
overeenkomst-en-verschilstructuur
probleem-oplossingstructuur
verleden-en-nu-structuur
verleden-heden-toekomststructuur
verschijnsel-en-besprekingstructuur
voordelen-en-nadelenstructuur
vraag-en-antwoordstructuur 


zie blz. 535

Slide 14 - Slide

4) Bepaal de tekststructuur.
A
vraag-antwoord-structuur
B
Verleden-heden-toekomststructuur
C
Probleem-oplossingsstructuur
D
Voor- en nadelenstructuur

Slide 15 - Quiz

Stappenplan tot nu toe
1) Bepaal het schrijfdoel. -> Informeren
2) Bepaal de doelgroep. -> Klasgenoten
3) Bepaal het onderwerp. -> De muis
4) Bepaal de tekststructuur. -> Vraag-antwoord-structuur
5) Bepaal de deelvragen. -> ?

Slide 16 - Slide

Verzin eens wat deelvragen

Slide 17 - Mind map

Stappenplan tot nu toe
1) Bepaal het schrijfdoel. -> Informeren
2) Bepaal de doelgroep. -> Klasgenoten
3) Bepaal het onderwerp. -> De muis
4) Bepaal de tekststructuur. -> Vraag-antwoord-structuur 
5) Bepaal de deelvragen. -> Wat zijn de kenmerken van een muis? Wat eet een muis? Waar woont een muis? Hoe plant een muis zich voort?

Slide 18 - Slide

6) Verzamel informatie voor het beantwoorden van de deelvragen.

*Je gaat bij elke deelvraag informatie zoeken.
*Eerst probeer je de deelvragen te beantwoorden met je eigen kennis van het onderwerp, daarna zoek je de dingen op die je zelf niet wist.

Slide 19 - Slide

7) Selecteer welke informatie je wilt gebruiken.
*Nadat je alle informatie compleet hebt, kijk je welke informatie je belangrijk vindt en in je tekst wilt gebruiken.

Slide 20 - Slide

8) Bepaal de inhoud voor inleiding, kern en slot.

*Wat ga ik schrijven in de inleiding, in de kern en in het slot?

Slide 21 - Slide

9) Maak het schrijfschema:
alinea
onderdeel
inhoud
1
inleiding
trek de aandacht met een verhaaltje of nieuwsfeit
introduceer het onderwerp 
2
deelonderwerp 1
Wat zijn de kenmerken van een muis?
3
deelonderwerp 2
Wat eet een muis?
4
deelonderwerp 3
Hoe plant een muis zich voort?
5
slot 
conclusie of samenvatting

Slide 22 - Slide

dus: Stappenplan schrijfplan
1) Bepaal het schrijfdoel.
2) Bepaal de doelgroep.
3) Bepaal het onderwerp.
4) Bepaal de tekststructuur.
5) Bepaal de deelvragen/argumentatie.
6) Verzamel informatie voor het beantwoorden van de deelvragen.
7) Selecteer welke informatie je wilt gebruiken.
8) Bepaal de inhoud voor inleiding, kern en slot.
9) Maak het schrijfschema.

Slide 23 - Slide

opdracht 7  blz 307
Maak in je boek opdracht 7 tm stap 7 

dit is oefenen voor de echte schrijfopdracht

Slide 24 - Slide

Tot slot:
- denk aan spelling! Maak de werkwoordspelling af

volgende les: extra oefenen -  algemene spelling
2mbB/2MIA - dit is huiswerk! 

Slide 25 - Slide