6.1 - Relaties (2bk)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Welkom!

Zit je op je eigen plek?

WC-check? Gaan voor de les begint

Ligt je boek, schrift en pen/potlood op tafel?

Dan kan je kletsen tot de les begint

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid

BK2

Wat is ecologie?

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid

6.1 - Relaties

6.2 - Kringloop

6.3 - Samenleven

6.4 - Mens en milieu

6.5 -  Duurzaamheid

6.6 -  Beschrijvend onderzoek

6.7 - Niveaus van ecologie

6.8 - Klimaatverandering

Dit thema

Toets (50%) - Ecologie

Praktische opdracht (50%) - Milieu en duurzaamheid

Samen 1 cijfer 

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid

6.1 - Relaties

Doelen van de paragraaf

Je weet dat organismen en hun milieu elkaar beïnvloeden

Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken

Ecologie

De relatie tussen organismen en hun omgeving (milieu)

voorbeeld: regenworm

Bij regen -> omhoog in de bodem

Bij droogte -> in de bodem

Regenworm maakt de bodem luchtig

Ecologie

Regenworm

Sleept bladeren de grond in -> goed voor de bodem

Eet bladeren

Regenworm wordt gegeten door vogels (zoals merels)

Relatie tussen merel en regenworm is een voedselrelatie

Opdracht

Neem de volgende woorden over in je schrift, en schrijf  de betekenis er achter:

- Ecologie

- Milieu

- Voedselrelatie

Opdracht

Ecologie: Relatie tussen organismen en hun omgeving

Milieu: de omgeving van een organismen

Voedselrelatie: de relatie tussen een organisme dat gegeten wordt en het organisme dat het eet

Wie eet wat?

Niet elk dier eet hetzelfde

Planten - Planteneters

Vlees - Vleeseters

Planten+vlees 

Wat voor beest is dit?

1. Planteneter
2. Vleeseter
3. Alleseter

Het dier op de afbeelding is een:

1. Planteneters
2. Vleeseters
3. Alleseters

Het dier op de afbeelding is een:

1. Planteneters
2. Vleeseters
3. Alleseters

Het dier op de afbeelding is een:

1. Planteneters
2. Vleeseters
3. Alleseters

Het dier op de afbeelding is een:

1. Planteneters
2. Vleeseters
3. Alleseters

Voedselrelaties

Wezel, paardenbloem, konijn

Hoe zou je dat kunnen opschrijven?

Opdracht

Noteer op een overzichtelijke manier welk organisme welk organisme eet. Gebruik de namen:

Wezel, paardenbloem, konijn

Waarom eten organismen (elkaar)?

Voedselketen

Meerdere voedselrelaties achter elkaar: voedselketen

Altijd op dezelfde manier:

plant          planteneter          vleeseter

Pijlen in de richting waarin de energie gaat!!

Voedselweb

Voedselweb

Onderaan: planten

Daarboven: planteneters

Daarboven: vleeseters / alleseters

Bovenin: vleeseters/alleseters

Afvaleters

Niet alle dieren en planten worden gegeten

Dode resten worden opgeruimd door afvaleters

Organismen zoals regenwormen, maden of duizendpoten

Vragen?

Aan het werk

paragraaf 6.1 - Opdracht 1 tot en met 8

(werkblad opdracht 6 bij docent)

Eerder klaar? Opdracht 10 ook maken

Doelen van de paragraaf

Je weet dat organismen en hun milieu elkaar beïnvloeden

Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken