Les 12, oefentoets + leren PW (08-05) 2vwo


Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek, verder met je woordzoeker of bestudeer grammaire H (zometeen opdracht, vergelijk met proefwerk)


Aujourd'hui, c'est jeudi
H2B / A2A / G2A
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson


Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek, verder met je woordzoeker of bestudeer grammaire H (zometeen opdracht, vergelijk met proefwerk)


Aujourd'hui, c'est jeudi
H2B / A2A / G2A

Slide 1 - Slide

Oefenopdracht gram. H.
Vul het vraagwoord dat het beste in de zin past in. Kies uit:
où / quand / comment / combien / pourquoi / qui / qu'est-ce que
1) Elle va au restaurant .........? À dix-sept heures.
2)  ............. tu aimes ce restaurant? Ce restaurant a de délicieux desserts .
3) Tu habites .......? J'habite à Toulouse.
Klaar? Ga het alvast nakijken in je boek (blz. 43)
Open je aantekeningenschrift en noteer hier de antwoorden.

Slide 2 - Slide

Oefenopdracht gram. H.
Vul het vraagwoord dat het beste in de zin past in. Kies uit:
où / quand / comment / combien / pourquoi / qui / qu'est-ce que
1) Elle va au restaurant quand? À dix-sept heures.
2)  Pourquoi tu aimes ce restaurant? Ce restaurant a de délicieux desserts .
3) Tu habites ? J'habite à Toulouse.

Open je aantekeningenschrift en noteer hier de antwoorden.

Slide 3 - Slide

Tip:
Zorg dat je de vertalingen van de vraagwoorden kent, zodat je op het proefwerk weet welk vraagwoord in de zin past.

Slide 4 - Slide

Le programme:
- Opbouw PW
- Online oefentoets / leren voor PW
- Blooket voca. A-F


Slide 5 - Slide

Les buts (leerdoelen):
- Aan het einde van de les....
1) heb je je voorbereid op het proefwerk van donderdag
2) weet je hoe het proefwerk is opgebouwd

Slide 6 - Slide

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 7 - Slide

Opbouw proefwerk:
- Luisteropdracht (waar/niet waar)
- Vocabulaire -> welk Franse woord past het beste in de zin
- Grammaire D (tussen haakjes staat welke ontkenning je moet gebruiken, zelfde manier als op het SO)+ grammaire H (zoals startopdr. vandaag)
- Phrases-clés -> Franse vragen beantwoorden door een verhaaltje te schrijven, 1x ontkenning gebruiken & een vraag terug stellen
- Leesopdracht -> meerkeuze
- Vocabulaire -> vertalen FR-NL

Slide 8 - Slide

Au travail:
Quoi (wat)? Ga leren voor het PW / start met de oefentoets.
Tip: oefentoets heeft dezelfde opbouw als PW. 
Oefentoets gemaakt? Kijk goed naar je score. Welk onderdeel is het laagste? Ga daar extra mee oefenen.
Comment (hoe)? Individueel, in stilte.
Extra uitleg nodig? Geeft het aan.

Slide 9 - Slide

Blooket chapitre 5:
Afspraak:
- Je gebruikt je eigen naam

https://dashboard.blooket.com/set/664f29a94e93a0fe0a42b498



Slide 10 - Slide

Les devoirs (huiswerk):
- Apprendre: leren voor het proefwerk van woensdag (14 mei)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide