Les 12, oefentoets + leren PW (15-05) H2A

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Pak je laptop, werkboek, aantekeningenschrift en etui.

Open je laptop > koppel met LessonUp.

Aujourd'hui, c'est mercredi

H2A

Vertaal
mieux

1. verslaafd
2. beter
3. overal
4. eigenlijk

Vertaal
faire attention

1. opletten
2. kletsen
3. bezig zijn met
4. denken

Vertaal
goedenavond

1. l'endroit
2. sauf
3. grâce à
4. bonsoir

Welk woord past het beste in de zin?
Je dois à l'école, donc je vais rester / partir à huit heures.

1. rester
2. partir

Welk woord past het beste in de zin?
Il est interdit / partout de boire de l'alcool comme enfant.

1. interdit
2. partout

Welk woord past het beste in de zin?
Le croissant a beaucoup de sucre / musclé

1. sucre
2. musclé

Opbouw proefwerk:

- Luisteropdracht (meerkeuze)

- Vocabulaire -> welk Franse woord past het beste in de zin

- Grammaire D (tussen haakjes staat welke ontkenning je moet gebruiken, zelfde manier als op het SO)+ grammaire H (zoals startopdr. vandaag)

- Phrases-clés -> Franse vragen beantwoorden door een verhaaltje te schrijven, 1x ontkenning gebruiken & een vraag terug stellen

- Leesopdracht -> waar / niet waar

- Vocabulaire -> vertalen FR-NL

Au travail:

Quoi (wat)? Ga leren voor het PW / start met de oefentoets.

Tip: oefentoets heeft dezelfde opbouw als PW. 

Oefentoets gemaakt? Kijk goed naar je score. Welk onderdeel is het laagste? Ga daar extra mee oefenen.

Klaar met leren? Ga leren voor ander vak (je start eerst met FA)

Comment (hoe)? Individueel, in stilte.

Extra uitleg nodig? Geeft het aan.

Leestoets bespreken:

Vragen? Stel ze na het bespreken

Geen vragen? Geef je toets door naar voren.

Les devoirs (huiswerk):

- Apprendre: leren voor het proefwerk van dinsdag

Le programme:

- Opbouw PW

- Online oefentoets / leren voor PW

- Leestoets bespreken

Les buts (leerdoelen):

- Aan het einde van de les....

1) heb je je voorbereid op het proefwerk van donderdag

2) weet je hoe het proefwerk is opgebouwd

Est-ce que tout le monde est présent?

- Zijn we compleet? Wie missen we?

Blooket chapitre 5:

Afspraak:

- Je gebruikt je eigen naam

https://dashboard.blooket.com/set/6618de6abd6402ae08e50dce

Oefenopdracht gram. H.

Vul het vraagwoord dat het beste in de zin past in. Kies uit:

où / quand / comment / combien / pourquoi / qui / qu'est-ce que

1) Elle va au restaurant .........? À dix-sept heures.

2)  ............. tu aimes ce restaurant? Ce restaurant a de délicieux desserts .

3) Tu habites .......? J'habite à Toulouse.

Klaar? Ga het alvast nakijken in je boek (blz. 43)

Open je aantekeningenschrift en noteer hier de antwoorden.

Oefenopdracht gram. H.

Vul het vraagwoord dat het beste in de zin past in. Kies uit:

où / quand / comment / combien / pourquoi / qui / qu'est-ce que

1) Elle va au restaurant quand? À dix-sept heures.

2)  Pourquoi tu aimes ce restaurant? Ce restaurant a de délicieux desserts .

3) Tu habites où? J'habite à Toulouse.

Open je aantekeningenschrift en noteer hier de antwoorden.

Tip:

Zorg dat je de vertalingen van de vraagwoorden kent, zodat je op het proefwerk weet welk vraagwoord in de zin past.