Herhaling spelling formuleren

Herhaling spelling + formuleren
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhaling spelling + formuleren

Slide 1 - Slide

Hoofdletters en leestekens
Hoofdletters
Punt, uitroepteken en vraagteken . ! ?
Komma ,
Dubbele punt :
'Aanhalingstekens'

Slide 2 - Slide

Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 3 - Slide

Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm?

- Vraagproef
- Tijdproef

Slide 4 - Slide

Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm?

- Vraagproef
- Tijdproef

Voorbeeld:
Wat doe jij nou?

Slide 5 - Slide

Tegenwoordige tijd
Verleden tijd

Slide 6 - Slide

Enkelvoud
Meervoud
Alle bomen / het hele bos
De politieagenten / de groep politieagenten
Het alfabet / de letters in het alfabet

Slide 7 - Slide

Voltooid deelwoord
Het heeft de hele nacht ......................... (hagelen)
Wie heeft het thema van deze schoolkrant ................. (bedenken)

Slide 8 - Slide

Voltooid deelwoord
PV aanpassen

Hij doucht zich elke morgen.
Ik beloof mijn moeder een 10 voor de toets!
Louise houdt van haar hondje.

Slide 9 - Slide

Bijvoeglijk naamwoorden

Slide 10 - Slide

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden

Slide 11 - Slide

Samenstellingen

Slide 12 - Slide