TH3B week 39

Nederlands
24 september
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
24 september

Slide 1 - Slide

Programma
- Woordsoorten: welke zijn er?

- Woordsoortenopdracht maken

- Lezen blok 1 beginnen: wat weet je nog van vorig jaar?

Slide 2 - Slide

Opdracht (10 minuten)
Woordsoortbenoeming:
znw, lw, bnw, vz, zww, hww, kww, pers. vnw, bez. vwn, wederkerend vwn, wederkerig vnw, vr. vnw, aanw. vnw, betr. vnw, onb. vnw, onb. hoofdtelwoord, onb. rangtelwoord, bep. hoofdtewoord, bep. rangtelwoord, ondersch. vw, nevensch. vw, bw.

Maak je schema woordsoorten verder af. Geef van elk van de bovenstaande woordsoorten een voorbeeld en een zin met dat woord erin.

Slide 3 - Slide

Opdracht (15 minuten)
Zoek een nieuwsbericht. Onderstreep minimaal tien woorden in de tekst. Je mag elke woordsoort maar twee keer gebruiken.

Lever je opdracht in op classroom.

Klaar? Maak opdracht 1 lezen blok 1.

Slide 4 - Slide

Opdracht (10 minuten)
Maak lezen blok 1 opdracht 1.

Wat moet je nog weten van vorig jaar?

Slide 5 - Slide

Huiswerk
Maak lezen blok 1 opdracht 1.

Lever je woordsoortenopdracht in op classroom.

Slide 6 - Slide

Nederlands
26 september

Slide 7 - Slide

Programma
- Leesmoment

- Lezen blok 1 opdracht: wat weet je nog niet?

- Lezen blok 1 uitleg

- Opdrachten maken

Slide 8 - Slide

Leesmoment
Leesmoment tot 13:05 uur.

Slide 9 - Slide

Lezen blok 1 opdracht 1
- Kernzinnen 
- Vier manieren om te beginnen
- Drie manieren om af te sluiten
- Hoofdgedachte
- Objectief/subjectief

Slide 10 - Slide

Verbanden
- Uitspraak-opsomming
- Uitspraak-tegenstelling
- Uitspraak-voorbeeld
- Middel-doel
- Oorzaak-gevolg
- Uitspraak-vergelijking
- Uitspraak-reden 

Slide 11 - Slide

Welk verband?
Ik ben te laat gekomen, omdat de bus niet kwam.
A
Uitspraak-reden
B
Uitspraak-vergelijking
C
Oorzaak-gevolg
D
Uitspraak-voorbeeld

Slide 12 - Quiz

Welk verband?
Het regende vanochtend hard, waardoor ik helemaal doorweekt ben.
A
uitspraak-opsomming
B
uitspraak-voorbeeld
C
oorzaak-gevolg
D
uitspraak-reden

Slide 13 - Quiz

Opdracht (15 minuten)
Maak opdracht 2 bij tekst 2 van lezen blok 1: wat eten we in 2050?

Klaar? Maak opdracht 1 van grammatica blok 2.

Slide 14 - Slide

Nederlands
27 september

Slide 15 - Slide

Programma
- Nevenschikkend en onderschikkend

- Noteer: wat moet je nog doen voor de toets grammatica?

- Lezen blok 1


Slide 16 - Slide

Welke soort voegwoord?
'Mijn moeder is boos en gooit haar schoen door de kamer.'
A
Nevenschikkend
B
Onderschikkend

Slide 17 - Quiz

Welke soort voegwoord?
'Mijn moeder is boos, maar laat dat niet zien aan ons.'
A
Nevenschikkend
B
Onderschikkend

Slide 18 - Quiz

Welke soort voegwoord?
'Mijn moeder is waarschijnlijk boos, want er hangt een ijzige stilte.'
A
Nevenschikkend
B
Onderschikkend

Slide 19 - Quiz

Welke soort voegwoord?
'Mijn moeder is boos, omdat ik de hond niet heb gevoerd.'
A
Nevenschikkend
B
Onderschikkend

Slide 20 - Quiz

Wat zijn de regels?
1) voegwoord: nevenschikkend uit je hoofd leren

2) plaats persoonsvorm en onderwerp:
- Ik ben niet goed in wiskunde, want ik kan niet goed rekenen.
- Ik ben niet goed in wiskunde, omdat ik op de basisschool niet goed heb opgelet.

Slide 21 - Slide

Opdracht (20 minuten)
Verschil nevenschikkend en onderschikkend?

Maak opdracht 2 en 3 van grammatica blok 2.

Dit is huiswerk voor volgende week dinsdag.

Slide 22 - Slide

Noteer voor jezelf
Wat moet je leren voor grammatica?

- Waar bestaat de stof uit?
- Wat begrijp je al goed?
- Wat vind je nog lastig?

Slide 23 - Slide

Huiswerk
Grammatica blok 2 opdracht 1, 2, 3 
Lezen blok 1 opdracht 2.

Slide 24 - Slide