V, F of FF

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

hoofdstuk 7 talvaardigheden

Leerdoel spelling

-Ik kan lange en en tweetekenklank herkennen

-Ik weet wanneer een f in een v verandert

Lange klank en tweetekenklank

Lange klank en tweetekenklank

Bij de lange klank hoor of zie je: aa, ee, oo, uu

Bij een korte klank hoor of zie je: a, e, i ,o, u

Bij een tweetekenklank hoor of zie je: ui, au, ou, eu, ie, ei, ij, oe

Schrijf een woord met een lange klank

Schrijf een woord met een tweetekenklank.

Woorden langer maken

Maak je een woord langer en hoor je een lange klank of een tweetekenklank?

Schrijf dan een V!

Let maar eens op.

V of F

Woorden langer met V

Beloof  -->  Beloven

Geef  -->  Geven

Boef    -->  Boeven

Neef  -->  Neven

Maak het woord langer:
DUIF

1. Duifen
2. Duiffen
3. Duiven
4. Duivven

Maak het woord langer:
LEEF

1. Levven
2. Leven
3. Leffen
4. Leefen

Dus...

Bij een woord met een F aan het eind,

verandert de F in een V als je het woord langer maakt.

Maar alleen bij een LANGE KLANK of TWEETEKENKLANK

Een zwak werkwoord is te zwak om van klank te veranderen.

Een sterk werkwoord is sterk genoeg om van klank te veranderen.

AAN DE SLAG!

Je gaat op bladzijde 198 taalverzorging beginnen.

Maak opdracht 1 t/m 6

Let op: een Nederlands woord eindigt nooit op een V!