English presentation

Engels presentatie
Stijn, Stan, Chiel, Vere en Sanaa
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Engels presentatie
Stijn, Stan, Chiel, Vere en Sanaa

Slide 1 - Slide

Wat wij je gaan leren
  • zinnen vragend maken
  • zinnen ontkennend maken

Slide 2 - Slide

Zinnen vragend maken 
  1. Am/Are/Is/Can in de zin? 
  2. vooraan in de zin zetten
  3. geen van deze woorden in de zin? 

(beleefde vorm van can is could)

Slide 3 - Slide

voorbeeld zinnen
I can swim.
Can I swim?

I am ready.
Am I ready?

Slide 4 - Slide

Zinnen vragend maken 
  1.  do/does/did vooraan in de zin zetten

ev - He/She/It does/did
mv - We/You/They do/did

in de verleden tijd wordt het did


do/does/did + pvnw + stam werkwoord

Slide 5 - Slide

voorbeeld zinnen
People work every day.
Do people work every day?

She works very hard.
Does she work very hard?

Slide 6 - Slide

Zinnen ontkennend maken
Staat er een vorm van to be (am/are/is) of een hulpwerkwoord (can/should/may) in de zin? 
  1.  maak een ontkenning door not erachter te zetten

Slide 7 - Slide

voorbeeld zin
She should take some time off.
She should not take some time off.

Slide 8 - Slide

Zinnen ontkennend maken
don’t/do not/doesn’t/does not voor het ww zetten

ev - He/She/It doensn’t/does not
mv - We/You/They don’t/do not

Slide 9 - Slide

voorbeeld zin
She works in that building.
She doesn’t work in that building.

Slide 10 - Slide

Welke vorm gebruiken je om een zin vragend te maken in de vt?
A
Do/does
B
Can/could
C
Am/are/is
D
Did

Slide 11 - Quiz

Wat is de beleelfde vorm van can?
A
Is
B
Could
C
Are
D
Does

Slide 12 - Quiz

Maak de zin ontkennend
They live in spain.

Slide 13 - Open question

Maak de zin ontkennend
You travel by train

Slide 14 - Open question

Maak de zin ontkennend
He likes football

Slide 15 - Open question

Maak de zin vragend
I can come over

Slide 16 - Open question

Maak de zin vragend
You are a soccer fan

Slide 17 - Open question

Maak de zin vragend
He is a nice person

Slide 18 - Open question

einde

Slide 19 - Slide