Pedagogiek les 1 blok 4

Pedagogiek
Blok 4 les 1
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Pedagogiek
Blok 4 les 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
Algemeen
Lesdoelen
Gedrag
Quiz

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Algemeen
Boek KOB K1
TOETS!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les weet je welke 3 gedragsaspecten er zijn.
Aan het einde van de les weet je welke 3 gedragsdeterminanten bepalend zijn.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Gedrag
is alles wat mensen doen of juist niet doen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Drie gedragsaspecten
Motorisch aspect
Cognitief aspect
Sociaal-affectief aspect

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Gedragsdeterminanten
Alles wat een kind meemaakt en ervaart, beïnvloedt het gedrag.
Psychosociale factoren
Organische factoren
Aanlegfactoren

Slide 7 - Slide

1. Omgevingsfactoren: de fysieke omgeving waarin een kind groeit.
Opvoeding, gezinsfactoren: waarden en normen.
Sociale omgeving: vrienden en relaties
Emoties en ervaringen: positief en negatief hebben invloed op het gedrag en roepen positieve en negatieve reacties op

2. Biochemische en hormonale factoren
Lichamelijke factoren

3. Persoonlijkheid en temperament: manier waarop iemand met zijn emoties omgaat
Erfelijkheid: eigenschappen en persoonlijke kenmerken die worden overgedragen door biologische ouders op het kind. 
Opdracht 14
Maak opdracht 14 uit het boek

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Probleemgedrag
Probleemgedrag hangt af van een aantal factoren
Probleemgedrag vaststellen:
Frequentie, duur, omvang en gevolgen

Slide 9 - Slide

1. Het gedrag voldoet niet aan de verwachtingen van de opvoeder.
2. de opvoeder is niet of te weinig in staat om het gedrag te hanteren
3. het gedrag gaat tegen de normen en waarden in van de opvoeder
4. het gedrag wordt door de opvoeder als zorgwekkend gezien met het oog op de toekomst.
5. anderen hebben last van het gedrag. 
Onderscheid probleemgedrag
geexternaliseerd probleemgedrag
geïnternaliseerd probleemgedrag

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Stellingen
Stelling 1: Het aanmoedigen van een team door een supporter die op de tribune staat te schreeuwen en te juichen is een voorbeeld van probleemgedrag.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Stellingen
Stelling 2: Het roepen en schreeuwen van een jongen die bij je in de klas zit is een voorbeeld van probleemgedrag.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Stellingen
Stelling 3: Als een meisje erg stil is in de klas vind ik dat een voorbeeld van probleemgedrag

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Verschil tussen gedragsprobleem en gedragsstoornis
Gedragsproblemen: er is geen sprake van een aangeboren eigenschap. 
Gedragsstoornis: er is sprake van 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welke van de onderstaande antwoorden is een gedragsaspect?
A
Gedragsprobleem
B
Gedragstoornis
C
Motorisch
D
Aanleg

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Welke drie gedragsaspecten zijn er?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Hoe stel je probleemgedrag vast?
A
Frequentie, omvang,snelheid en gedrag
B
Frequentie, omvang, duur en gedrag
C
Frequentie, duur, snelheid en aspecten
D
Frequentie, omvang, duur en gevolgen

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn gedragsdeterminanten?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Wat is internaliserend en externaliserend probleemgedrag?
A
Naar de omgeving gericht
B
Naar het netwerk gericht
C
Naar buiten gericht
D
Naar binnen gericht

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Welke gedragsdeterminanten zijn er?
A
Psychologisch, motorisch en aanleg
B
Psychologisch, aanleg en internaliserend
C
Psychologisch, aanleg en organisch
D
Psychologisch, organisch en motorisch

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions