4 M3 Grammatica: voegwoorden

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 1 - Slide

DOEL
- je kunt lidwoorden, zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, werkwoorden en voorzetsels herkennen (herhaling)

- je kunt voegwoorden herkennen
Woordsoorten

Slide 2 - Slide

Welk woord hoort er niet bij?
A
Antwerpen
B
lippenstift
C
omhakken
D
vrachtwagen

Slide 3 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij?
A
aan
B
bij
C
straks
D
voor

Slide 4 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij?
A
diepe
B
gezellige
C
knalrood
D
seconde

Slide 5 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij?
A
de
B
het
C
en
D
een

Slide 6 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij?
A
knagen
B
bijten
C
blaffen
D
dieren

Slide 7 - Quiz

Weet je nog?


In de volgende slides worden de woordsoorten die je al geleerd hebt herhaald.

Bekijk ze goed, als dat nodig is.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Doe oortjes in

en bekijk het volgende filmpje!

In het filmpje wordt uitgelegd wat voegwoorden zijn.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

VOEGWOORDEN

voegwoorden verbinden 
woorden, woordgroepen en zinnen met elkaar

Slide 28 - Slide

VOEGWOORDEN
die woorden en woordgroepen verbinden

en en of

VOORBEELD:
- Rik heeft twee honden en een kat.
- Hebben we straks Engels of Nask?

Slide 29 - Slide

VOEGWOORDEN
die twee zinnen verbinden
zijn, dus, en, maarof, want, aangezien, als, dat, doordat, hoewel mits, nadat, ofschoon, omdat, opdat, tenzij, terwijl, toen, voordat, zodat en zodra

VOORBEELD:
- Milou zit op tennis, maar haar zusje hockeyt liever.
- Voordat Els iets kon zeggen, was Joris al vertrokken,

Slide 30 - Slide

Noteer het voegwoord:
Aznar had Tim uitgenodigd voor zijn verjaardag, maar hij kon niet komen.

Slide 31 - Open question

Noteer het voegwoord:
Romy leest haar e-mail, terwijl ze een broodje eet.

Slide 32 - Open question

Noteer het voegwoord:
Zodra hij water ziet, springt onze hond erin.

Slide 33 - Open question

Noteer het voegwoord:
De minister liep snel langs de journalisten, want hij wilde geen vragen beantwoorden.

Slide 34 - Open question

Noteer het voegwoord:
Doordat het mentorgesprek van Susan uitliep, kwam Rick weer niet aan bod.

Slide 35 - Open question

Noteer het voegwoord:
Rob wil later bij de landmacht of de luchtmacht werken.

Slide 36 - Open question

OEFENING

Je krijgt in de volgende oefening steeds twee zinnen.

Maak van twee zinnen één samengestelde zin.

Schrijf steeds de hele zin op.


Gebruik een van de volgende voegwoorden:

hoewel - nadat - omdat - toen - zodat

Slide 37 - Slide

Miriam opende het bestand.
Ze had het gescand.

Voegwoorden:

hoewel - nadat - omdat - toen - zodat

Slide 38 - Open question

Dagmar had veel getraind.
Ze heeft de marathon niet uitgelopen.

Voegwoorden:

hoewel - nadat - omdat - toen - zodat

Slide 39 - Open question

De lerares wees Peter op een fout.
Hij was op zijn teentjes getrapt.

Voegwoorden:

hoewel - nadat - omdat - toen - zodat

Slide 40 - Open question

Yorrit pakt nu vast zijn tas in.
Hij hoeft het straks niet te doen.

Voegwoorden:

hoewel - nadat - omdat - toen - zodat

Slide 41 - Open question

GELEERD?
- je kunt lidwoorden, zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, werkwoorden en voorzetsels herkennen (herhaling)

- je kunt voegwoorden herkennen
Woordsoorten

Slide 42 - Slide

Schrijf één ding op wat je deze les hebt geleerd en niet meer vergeet.

Slide 43 - Open question

Stel één vraag over iets dat je nog niet zo goed
hebt begrepen.

Slide 44 - Open question

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 45 - Slide