WRE 2TN - Cursus Taal - §3 Jongerentaal en nieuwe taal

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Zitten volgens plattegrond;
Pak je materiaal voor.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Zitten volgens plattegrond;
Pak je materiaal voor.

Slide 1 - Slide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 4 - Taal
1. Lesdoelen
2. Herhalingsvragen vorige les
3. Introductie §3
4. Uitleg begrippen
5. Samen oefenen
6. Zelfstandig werken
7. Terugblikken en afsluiten

Slide 2 - Slide

Lezen
timer
15:00

Slide 3 - Slide

  • Je leert wat het begrip 'jongerentaal' betekent en je kunt hier voorbeelden bij geven.
  • Je leert wat het verschil is tussen jongerentaal en Standaardnederlands.
  • Je leert hoe taal verandert.
Lesdoelen

Slide 4 - Slide

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Slide 5 - Slide

Kun je een voorbeeld noemen van een 'overdrijving'?

Slide 6 - Open question

Kun je een voorbeeld noemen van een 'drieslag'?

Slide 7 - Open question

steen, papier, schaar
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 8 - Quiz

Ik sta al eeuwen te wachten!
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 9 - Quiz

Dat heb ik al honderd keer gezegd
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 10 - Quiz

Ik ga daar niet naartoe. Nu niet. Straks niet. Nooit niet.
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 11 - Quiz

Ik ga daar nooit van mijn leven naartoe.
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 12 - Quiz

Wat zie je hier?
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 13 - Quiz

Wie weet de drieslag die bij de afbeelding hoort?

Slide 14 - Open question

§3 Jongerentaal en nieuwe taal

Slide 15 - Slide

Verandert de Nederlandse taal vaak? Wat denk jij?
A
De taal verandert vaak
B
De taal verandert nu al een tijdje niet meer
C
De taal verandert nooit

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

  • Ontlening. We nemen een woord volledig over uit een andere taal.
  • Samenstelling. Twee woorden worden samengevoegd tot één.
  • Helemaal nieuwe vorm. Dit komt niet vaak voor. 
Hoe ontstaan nieuwe woorden dan?

Slide 19 - Slide

Ook jongerentaal levert nieuwe woorden op. Denk aan matties, rwina of herres. In jongerentaal ontstaan nieuwe woorden vaak door ontlening: woorden worden geleend uit Surinaams, Turks of Engels
Jongerentaal

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Link

Wat is jongerentaal ?
A
Taal van een jongen
B
Geleende woorden uit het Surinaams , Turks , Marokkaans etc.
C
Straattaal
D
Taal die van het straat komt

Slide 22 - Quiz

Wat hieronder is jongerentaal?
A
hallo meneer hoe gaat het
B
joo gap hgh
C
hoi hoe gaat het
D
beste meneer gaat het goed

Slide 23 - Quiz

Zelfstandig werken
Wat:
Cursus 4 Taal: §3 Jongerentaal en nieuwe taal
Kader: opdracht 1 t/m 3

Hoe:
Hulp:
Tijd:
Tot de laatste vijf minuten van de les.
Klaar:
Kiezen uit:
- Puzzels achterin het lesboek maken
- Lezen
ZELFSTANDIG WERKEN

Slide 24 - Slide