Voedselveiligheid: HACCP en Bedrijfshygiëne

Voedselveiligheid: HACCP en Bedrijfshygiëne
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voedselveiligheid: HACCP en Bedrijfshygiëne

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kan benoemen wat het HACCP systeem en hygiënecode  zijn en hoe deze worden toegepast.
  • Je kan benoemen wat het verschil tussen voedselbesmetting en voedselinfectie is.
  • Je kent diverse schoonmaakmiddelen en waarvoor je deze gebruikt.
  • Je kent de HACCP lijst en overige administratie.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over voedselveiligheid en hygiëne in bedrijven?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

HACCP Systeem
Het Hazard Analysis and Critical Control Points (HACCP) systeem is een preventief systeem voor voedselveiligheid.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hygiënecode
De hygiënecode geeft richtlijnen voor hygiënisch werken in de voedselindustrie.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kruisbesmetting
Kruisbesmetting is de overdracht van bacteriën van het ene naar het andere voedsel of oppervlak.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voedselinfectie vs. Voedselbesmetting
Een voedselinfectie wordt veroorzaakt door het consumeren van besmet voedsel, terwijl voedselbesmetting verwijst naar de aanwezigheid van schadelijke micro-organismen in voedsel.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Schoonmaakmiddelen
Diverse schoonmaakmiddelen, zoals desinfectiemiddelen, ontvetters en reinigingsmiddelen, worden gebruikt om een hygiënische omgeving te waarborgen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

HACCP Lijst
De HACCP lijst wordt gebruikt om potentiële gevaren in voedselproductie te identificeren en beheersen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Quiz
Interactieve quiz om de opgedane kennis te testen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.