3.3 planten KGT

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

3.3 Planten

Deze les:

Herhalen het rijk van de dieren

Uitleg het rijk van de planten. 

Zet op volgorde van groot naar klein

Dieren

Gewervelde dieren

Zoogdieren

Organisme met celkern

Welke 3 kenmerken horen bij de NETELDIEREN

Neteldieren

Veelzijdig symmetrisch

tweezijdig symmetrisch

Zitten meestal vast op de bodem van de zee

meestal geen skelet

Inwendig skelet van Kalk

Leven in het water

Welke groep dieren is niet symmetrisch en heeft stevige hoornvezels tussen de cellen?

1. Sponsdieren
2. Neteldieren
3. Stekelhuidigen
4. Weekdieren

Welke groepen dieren zijn tweezijdig symmetrisch?

Sponsdieren

Weekdieren

Neteldieren

Geleedpotigen

Gewervelden

Stekelhuidigen

Wat is waar?

1. Zoogdieren behoren tot de groep geleedpotigen
2. Zoogdieren behoren tot de groep reptielen
3. Zoogdieren behoren tot de groep gewervelden
4. Zoogdieren zijn veelzijdig symmetrisch

Welke groep dieren heeft meestal een huisje of schelp als skelet?

1. Sponsdieren
2. Neteldieren
3. Weekdieren
4. Geleedpotigen

Welke kenmerken horen bij de STEKELHUIDIGEN? 

Veelzijdig symmetrisch

Tweezijdig symmetrisch

Niet symmetrisch

Inwendig skelet van kalk

Stevige hoornvezels tussen de cellen

Uitwendig skelet als pantser

Welke groep dieren is veelzijdig symmetrisch?

1. Sponsdieren
2. Neteldieren
3. Weekdieren
4. Geleedpotigen

Reptielen behoren tot de groep gewervelden

1. Waar
2. Niet waar

Laatste vraag:
Duizendpoten behoren tot de groep insecten

1. waar
2. niet waar

Nakijken opdracht 5

Nakijken opdracht 5

Blz 167

Planten indelen

Dieren

Planten

Schimmels

Bacteriën

Sporenplanten

Mossen

Varens

Zaadplanten

Sporenplanten

Voortplanting door sporen

Mossen 

Varens

Ingesneden bladeren

sporenhoopjes

Varens

mossen

sporendoosjes

Voorbeelden van zaadplanten

Planten

Mossen

Varens

Sporenplanten

Voortplanting door sporen

Sporendoosjes

Sporenhoopjes

Zaadplanten

Voortplanting door zaden

Aan de slag! 

Wat? Basisstof 3.3 planten 

Lezen

Maken opdracht 1 t/m 9

Hoe? Fluisterniveau

Klaar? Nakijken + test jezelf