This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Economie
Paragraaf 3.4
Slide 1 - Slide
3.4 Zonder werk?
Fijn als je later werk hebt, maar wat als dat niet zo is? Hoe kom je dan aan een inkomen? Wat voor invloed hebben apparaten en computers op de banen die er zijn?
Hierover leer je meer in deze pararaaf.
Slide 2 - Slide
Noem een gevolg voor jou als jij later zonder werk zou komen te zitten.
Slide 3 - Open question
Als je niet werkt, ben je nog niet werkloos. Wanneer ben je wel werkloos?
A
Je bent actief op zoek naar werk.
B
Je hebt geen baan.
C
Je bent tussen de 15 en de pensioenleeftijd.
D
Je voldoet aan alle drie voorwaarden (A+B+C)
Slide 4 - Quiz
Hoe noem je het beëindigen van je arbeidsovereenkomst?
Slide 5 - Open question
Hoe noem je de tijd tussen het moment waarop je ontslag neemt of krijgt en de einddatum van je baan.
A
ontslagtijd
B
opzegtermijn
C
proeftijd
Slide 6 - Quiz
Je wilt bij een ander bedrijf gaan werken en zegt de baan op die je nu hebt. Waarom moet je je houden aan opzegtermijn?
Slide 7 - Open question
Welke overheidsinstelling kijkt of je recht hebt op een WW uitkering en je helpt met het vinden van een andere baan?
A
Belastingdienst
B
Gemeente
C
UVW
D
CVB
Slide 8 - Quiz
Hoe noem je nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen.
A
Kennis ontwikkelingen
B
Uitvindingen
C
Technologische ontwikkelingen
Slide 9 - Quiz
Door technologische ontwikkelingen kunnen er banen verwijderen. Leg dit uit met een voorbeeld.