NE 3G - Herhaling H4-H5 (les 25-27)

Welkom
Nederlands
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Nederlands

Slide 1 - Slide

Lezen

Slide 2 - Slide

Nederlands
Start
Lesdoelen
  • Je herhaalt de stof van H4 en H5 (lezen, woordenschat, taalverzorging).

Programma schooljaar
  • Toetsweek 2: Hoofdstuktoets 4-5
  • Begin periode 3: Boektoets Het gouden ei, Tim Krabbé.
  • Na meivakantie: Presentatie
  • Week 20/21: PTA Taalverzorging 
  • Toetsweek 3: PTA Leesvaardigheid






Slide 3 - Slide

Nederlands
Start
Lesdoelen
  • Je herhaalt de stof van H4 en H5 (lezen, woordenschat, taalverzorging).

Programma einde periode 2
  • Nakijken opdracht H5 (woordenschat, taalverzorging 5.2, eventueel lezen opdracht 5).
  • Herhalen en extra oefenen H4.
  • Herhalen en extra oefenen H5.
  • Oefentoets H4-H5. 






Slide 4 - Slide

Nederlands
H5 Woordenschat: Overdrijving en ironie
Leerdoelen
  • Je kunt overdrijving en ironie herkennen en begrijpen.

Opdracht
  • Nakijken opdracht 2-4.
Stijlmiddelen: overdrijving en ironie

Overdrijving
  • Doel: iets laten opvallen.
  • Vaak vorm van figuurlijk taalgebruik.

Ironie: grappend of spottend
  • Doel: niet te serieus laten nemen .
  • Vaak door tegenovergestelde te zeggen.
  • Vergelijk gebruik emoticon.

Slide 5 - Slide

Nederlands
Taalverzorging 5.2: Tussenletters in samenstellingen
Leerdoelen
  • Je kunt samenstellingen met tussenletters goed spellen.

Opdracht
  • Nakijken opdrachten.
Samenstelling en tussenletters

Samenstelling = woorden die aan elkaar een nieuw woord vormen: huisvuilcontainer.

Tussenletters: -n-, -s- of niets
  • Woord alleen meervoud op -en? Tussenletter -n-: rozengeur.
  • Woord meervoud op -s én -en? Geen tussenletter: garagebedrijf.
  • Is er maar één van het woord? Geen tussenletter: zonneschijn.
  • Heeft het woord een versterkende betekenis? Geen tussenletter: apetrots.
  • Is het woord geen znw? Geen tussenletter: lachebek.
  • Je hoort een -s- je schrijft een -s-: varkensstal (want varkensvlees).

Slide 6 - Slide

Nederlands
H5 Lezen: Mening, argument, conclusie
Leerdoelen
  • Je kunt feiten, meningen en conclusies in teksten herkennen aan signaalwoorden.

Opdracht
  • Extra oefening: opdracht 5.
  • Antwoorden beschikbaar.
Mening, argument, conclusie
Mening (opvatting, standpunt)
  • Eens/oneens
  • Signaalwoorden: ik vind, volgens mij
Argument
  • Uitleg waarom
  • Signaalwoorden: want, omdat, namelijk, immers
Conclusie
  • Antwoord, herhaling
  • Signaalwoorden: dus, concluderend, dat betekent

  • Want/dus-proef.

Slide 7 - Slide

Nederlands
H4: Lezen, woordenschat, taalverzorging.
Leerdoelen
  • Leesvaardigheid H4: Je kunt verbanden en signaalwoorden herkennen.
  • Woordenschat H4: Je weet wat homoniemen zijn en kent de woorden.
  • Taalverzorging H4.1: Je kunt verwijswoorden juist gebruiken.
  • Taalverzorging H4.2: Je kunt meervoudsvormen goed spellen. 

  • Woordenlijsten uitdelen.
  • Theorie herhalen.
  • Extra oefenen: online of uit boek.


Slide 8 - Slide

Nederlands
H5: Lezen, woordenschat, taalverzorging.
Leerdoelen
  • Leesvaardigheid H5: Je kunt mening, argument en conclusie in de tekst herkennen.
  • Woordenschat H5: Je kunt overdrijving en ironie herkennen en kent de woorden.
  • Taalverzorging H5.1: Je kunt verkleinwoorden en afkortingen goed spellen.
  • Taalverzorging H5.2: Je kunt woorden met tussenletters goed spellen. 

  • Woordenlijsten uitdelen.
  • Theorie herhalen.
  • Extra oefenen: online of uit boek.


Slide 9 - Slide

Nederlands
De Quiz
Leerdoelen
  • Je weet hoe je scoort op de basisvaardigheden.

Opdracht
  • Maak de online Quiz (De Brug).

Slide 10 - Slide

Nederlands
Afsluiting
Lesdoelen
  • Toetsen plannen
  • Leesvaardigheid, taalverzorging en schrijfvaardigheid.

Slide 11 - Slide