2.2 Afronden

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Wat gaan we deze les doen?

- Terugblik naar vorige week

- Doelen van deze les

- Theorie en oefenen

- Huiswerk nakijken VK, H.2.1
- Huiswerk H. 2.2

Terugblik naar vorige week (1)

• Met de CIJFERS 0 t/m 9 schrijven we GETALLEN  
  
  
• WAARDE van cijfers in een getal;
   1000-tallen, 100-tallen, 10-tallen, eenheden, 10-den, 100-sten
  
  
• DUIZEND = 1.000 (3 nullen)
   MILJOEN = 1.000.000 (6 nullen)
   MILJARD = 1.000.000 (9 nullen)
  

Terugblik naar vorige week (2)

• DELERS --- 5 is een deler van 20, want 20: 5 = 4                                                Alle delers van 20 zijn: 1, 2, 4, 5, 10, 20

• VEELVOUD --- Een veelvoud van 7 is 14                                                               De eerste vier veelvouden van 7 zijn 7, 14, 21, 28           
• EVEN GETALLEN --- eindigen op 0, 2, 4, 6 of 8
• ONEVEN GETALLEN --- eindigen op 1, 3, 5, 7 of 9

Terugblik naar vorige week (3)

* GEHELE getallen, bijv. 543

* DECIMALE getallen bijv. 543,8124

* Getallen 1 en 2 en meer decimalen

* De waarden van de 7 ROMEINSE CIJFERS

* De waarde van samengestelde Romeinse cijfers opschrijven.

Aan het eind van de les:

• Ik kan een decimaal getal afronden.
• Ik kan afronden op een rond getal.

Rond 5,7368 af op twee decimalen

Rond 13,6097 af op twee decimalen

Rond 5,1348 af op een heel getal

Rond 24,4967 af op een heel getal

Opgave 26 (blz. 70)

aantal

240

aantal

blz. 71

Opgave 31 (blz. 71)

aantal

240

aantal

Huiswerk nakijken

* Voorkennis
* H. 2.1

 opg. 3, 4, 8, 11, 13, 14,
 16, 17, 21, 22, 23, 24,
 E3, E4, E5

Huiswerk

H 2.2 Afronden

opg. 27, 28, 31, 32, 33

Wat gaan we deze les doen?

- Huiswerk nakijken

- Terugblik

- Rekenbreak

- Doelen van deze les

- Theorie

- Huiswerk

Huiswerk nakijken

Nakijken 

H 2.1 Getallen

opg. 3, 4, 8, 11, 13, 14, 16, 17, 21, 22, 23, 24, E4, E5

Terugblik (1)

• Ik weet dat een getal uit cijfers bestaat.  
• Ik ken de waarde van een cijfers in een getal (tot 2 cijfers achter de komma) 
• Ik kan grote getallen (miljoen, miljard) schrijven in woorden en cijfers.
• Ik ken het begrip deler en kan ermee rekenen.
• Ik ken het begrip veelvouden en kan ermee rekenen.
• Ik weet wat even en oneven getallen zijn en waaraan ik ze kan herkennen.

Terugblik (2)

• Ik ken het verschil tussen gehele en decimale getallen.
• Ik kan decimale getallen op de getallenlijn plaatsen.
• Ik ken de begrippen: getallen met één en twee (etc.) decimalen.
• Ik ken de waarde van de 7 Romeinse cijfers.
• Ik kan de waarde van samengestelde Romeinse cijfers opschrijven.

blz. 68

Aan het eind van de les:

• Ik kan een decimaal getal afronden.
• Ik kan afronden op een rond getal.

blz. 69

blz. 69

Rond 5,7368 af op twee decimalen

Rond 13,6097 af op twee decimalen

blz. 69

Rond 5,1348 af op een heel getal

Rond 24,4967 af op een heel getal

Opgave 26 (blz. 70)

aantal

240

aantal

Opgave 29 (blz. 70)

aantal

240

aantal

blz. 71

Opgave 31 (blz. 71)

aantal

240

aantal

Huiswerk

H 2.2 Afronden

opg. 27, 28, 31, 32, 33

Aan het eind van de les:

• Ik kan een decimaal getal afronden.
• Ik kan afronden op een rond getal.