Klas 1 KLEUR les 6

Beeldaspect 
Kleur
Kleurcontrasten
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Beeldaspect 
Kleur
Kleurcontrasten

Slide 1 - Slide

BEELDBEGRIP: KLEUR


In deze les leer je alle begrippen die met het beeldend begrip KLEUR te maken hebben. 
Om je geheugen op te frissen bekijk je eerst de volgende video: 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Primaire kleuren
de primaire kleuren zijn: 
  1. rood, 
  2. geel 
  3. blauw

Slide 4 - Slide

Secundaire kleuren
  • secundaire kleuren ontstaan wanneer we twee primaire kleuren met elkaar mengen

  • oranje, groen en paars zijn secundaire kleuren, hiernaast zie je hoe je deze kleuren mengt

Slide 5 - Slide

Tertiaire kleuren
dit zijn de kleuren die ontstaan door het mengen van een primaire kleur met een secundaire
blauw met groen geeft bijvoorbeeld blauwgroen

Slide 6 - Slide

Kleurcontrasten
Sommige combinaties van kleuren uit de kleurencirkel leveren een tegenstelling op: een contrast. 
Bij kleuren kan dat op de volgende manieren: 
- kleur / kleur
- warm / koud
- licht /donker
- complementair

Slide 7 - Slide

Kleur tegen kleurcontrast
dit contrast is het sterkst wanneer je felle, pure kleurvlakken tegen elkaar aan zet, zonder omtreklijnen

Slide 8 - Slide

Complementaire Kleuren= 
staan in de kleurencirkel recht tegenover elkaar,
ze versterken elkaar en roepen elkaar op 

dus bij een comlementair contrast zet je die beide kleuren naast elkaar om een maximaal effect te krijgen.


Slide 9 - Slide

Complementair contrast
deze kleuren versterken elkaar, ze staan recht tegenover elkaar in de kleurencirkel.

dit zijn: 
paars-geel, 
rood-groen,
blauw-oranje.

Slide 10 - Slide

Complementaire = Tegenovergestelde kleuren
Deze kleuren versterken elkaar.
Vincent van Gogh 1888, 
Caféterras bij nacht - Terrasse du café le soir

Slide 11 - Slide

Warm-koud contrast=
de warmte in een schilderij kan versterkt worden door er een koude kleur naast te zetten


Slide 12 - Slide

Warme en koude kleuren
warme kleuren: 
  • zijn warm en gezellig 
  • lijken dichterbij
  • vormen een contrast met koude kleuren 

koude kleuren:
  • zijn koel en rustig 
  • lijken verder weg
  • vormen een contrast met warme kleuren 

    Slide 13 - Slide

    Warm-Koud contrast
    een warme kleur naast een koude kleur geeft een koud-warmcontrast

    Slide 14 - Slide

    Licht-donker contrast
    • dit is het verschil tussen lichte en donkere kleuren  
    • wit -zwart is het grootste contrast 
    • je maakt kleuren donkerder of lichter door het bijmengen van zwart of wit

    Slide 15 - Slide

    Licht-donker contrast=
    helderheid bij dezelfde kleuren 
    of bij verschillende kleuren


    Slide 16 - Slide

    Opdracht
    Maak in Word een informatie blad waarop je zelf uitlegt wat de kleurcontrasten betekenen en waarbij je 3 voorbeelden van die kleurcontrasten opzoekt. Zet er boven KLEURCONTRASTEN
    1. Kleur tegen kleur contrast
    2. Complementair contrast
    3. Warm-Koud contrast
    4. Licht Donker contrast

    Slide 17 - Slide

    KLEURCONTRASTEN
    1. Kleur tegen kleur contrast
    Uitleg geven + 3 voorbeelden

    2. Complementair contrast
    Uitleg geven + 3 voorbeelden

    3. Warm-Koud contrast
    Uitleg geven + 3 voorbeelden
    4. Licht Donker contrast
    Uitleg geven + 3 voorbeelden
    Zelf bij elke kleur contrast uitleggen wat het betekent EN 3 voorbeelden (afbeeldingen van schilderijen ofzo) opzoeken

    Slide 18 - Slide

    Welke kleur ontstaat wanneer je
    rood en geel mengt?
    A
    Oranje
    B
    Groen
    C
    Paars
    D
    Blauw

    Slide 19 - Quiz

    Warme kleuren

    Slide 20 - Mind map

    Koude kleuren

    Slide 21 - Mind map

    Primaire kleuren

    Secundaire kleuren

    Tertiaire kleuren
    Groen
    Rood
    Blauw
    Violet
    Oranje
    Geel
    Rood-Oranje
    Rood-Violet
    Geel-Oranje
    Blauw-Groen
    Groen-Geel
    Blauw-Violet

    Slide 22 - Drag question

    Zoek een afbeelding waarop een complementair contrast te zien is.

    Slide 23 - Open question