Les 4 Zuivel

Zuivel les 4
1 / 38
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Zuivel les 4

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Weekplanning
Week 1: Inleiding in de melkkunde
Week 2: Kwaliteitseisen
Week 3: Melksamenstelling
Week 4: Behandeling Melk
Week 5: Yoghurt
Week 6: Boter
Week 7: Uitloop/vragenuurtje
Week 8: Toets

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  • Korte herhaling vorige les
  •  Behandelingen/bewerkingen van de melk in de melkfabriek
  • Checken leerdoelen - Les 4
  • Oefenvragen maken (in les of als huiswerk)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen - Les 4
Jij:
  • kunt verschillende bewerkingen van melk benoemen
  • kunt een korte uitleg geven over het doel van deze bewerking
  • kunt de gebruikte apparatuur benoemen en de werking ervan uitleggen
  • kunt met behulp van het meng-vierkant de juiste mengverhouding uitrekenen om een gewenste melksamenstelling te krijgen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vragen les 3
Wat weet je nog van de vorige les?


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat is het vetgehalte van:
Rauwe melk - Volle melk - Halfvolle melk - Magere melk

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Noem de twee belangrijkste eiwitten die in de melk voorkomen

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Hoe wordt melksuiker ook wel genoemd?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Wat heeft invloed op de samenstelling van de melk?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Behandelingen melk
In deze les komen de volgende behandelingen/bewerkingen aan bod:
  • Verhitten – Thermiseren
  • Verhitten – Pasteuriseren
  • Verhitten – Steriliseren
  • Ontromen – Centrifuge
  • Bactofugeren
  • Homogeniseren
  • Standaardiseren

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel begrippen ken jij?

Thermiseren - Pasteuriseren - Steriliseren - Homogeniseren - Ontromen - Standaardiseren
A
1
B
2
C
3
D
> 4

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Melkinstallatie - Zone.college

Slide 12 - Slide

Dit plaatje nu alleen ter introductie bekijken. Einde les dit plaatje weer bekijken en vragen welke apparatuur te herkennen/in de installatie aanwezig is?

Hittebehandeling van melk
Rauwe melk kan een aantal hittebehandelingen ondergaan.
- Thermiseren: De melk wordt kort verhit op 65 °C om het aantal m.o. te
   verkleinen.
- Pasteuriseren: de melk wordt 10 tot 12 seconden op 72°C verhit.
   Ziekmakende en bederf veroorzakende m.o. worden gedood.
- Steriliseren: de melk wordt verhit op 121°C of 140°C (UHT).
   Alle m.o. en evt. sporen worden gedood. 






Slide 13 - Slide

Thermiseren: dit gebeurt met melk die bij de fabriek geleverd wordt
maar nog niet meteen verwerkt kan worden. De melk wordt kort verhit
op 65 °C om het aantal m.o. te verkleinen.
Pasteuriseren: de melk wordt 10 tot 12 seconden op 72°C verhit.
Ziekmakende en bederf veroorzakende m.o. worden gedood.
Deze melk wordt als koel-verse melk in de winkel verkocht (koeling).
Steriliseren: de melk wordt verhit op 121°C of 140°C (UHT).
Alle m.o. en evt. sporen worden gedood. Deze melk is bacterievrij
en lang houdbaar.

Pasteuriseren van melk
- Doden van ziekmakende micro-organismen = 72°C/15 sec. 
- Verlagen van totaal kiemgetal.
- Denatureren van enzymen.
- Verlopen van chemische reacties (bijv. het opzwellen van
   zetmeel bij vla bereiding).

Stelregel: Pasteuriseren < 100°C   -   Steriliseren > 100°C

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Platen-pasteur
Warmte uitwisseling, tussen de platen stroomt aan de ene kant het te warmen product en aan de andere kant het warme water. Zo kun je ook koelen.

Slide 15 - Slide

Op het plaatje rechts is de pasteur open gemaakt om te laten zien hoe de platen er uit zien.
Waarom zitten er ribbels in de platen?
Door de ribbels krijg je oppervlakte vergroting waardoor de warmte/koude nog meer over gedragen kan worden.

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Pasteur - regeneratief
Regeneratief = 
hergebruik warmte

Slide 17 - Slide

Uitleg geven over regeneratief gedeelte en de werking. 
Het beste is dit te doen aan de hand van de stroom van de melk, letterlijk de lijn in de tekening volgen.
Rode stroom = warm water, pasteurisatie temperatuur
Blauwe stroom = koud water, koelen van gepasteuriseerd product.

Ontromen van melk

Rauwe melk wordt door middel 
van centrifugaal kracht gescheiden
in room (vet) en ondermelk (water).
Water is zwaarder dan vet hierdoor
wordt het water naar buiten 
geslingerd en het vet roomt zich aan
de binnenkant (bij de as) op.


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Ontromen van melk
Uitleg over wat er met
de vetbolletjes, tijdens 
centrifugeren, gebeurt.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

Filmpje, tot ca. 1:00 afspelen, beeld stop zetten, uitleg zware delen en lichte deeltjes. 
Dit moment is ook goed te gebruiken als voorbeeld voor bactofuge, ziet 'vuil/bacteriemateriaal' ophopen in buitenste deel.
Ontromen van melk
Na het ontromen is de melk verdeeld in twee vloeistoffen:
- room (>10% melkvet)
- ondermelk of tapte melk (0,3% melkvet)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Bactofugeren van melk
Na het ontromen gaat de stroom
ondermelk verder in het proces.
In de ondermelk kunnen nog 
schadelijke bacteriën zitten, 
deze kunnen met behulp van de 
bactofuge eruit gehaald worden.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Bactofugeren van melk
Bactofugeren met  het steriliseren
van het bacteriemateriaal.


Slide 23 - Slide

De bactofuge is zelf-lossend, het slib (melk met bacteriemateriaal) wordt door stoom gesteriliseerd waardoor deze weer aan de melk toegevoegd kan worden.
Bacteriemateriaal is zwaarder dan de ondermelk en zal in de centrifuge naar buiten geslingerd worden. De ondermelk zal naar "binnen" kruipen en afgevoerd worden.
Bactofugeren van ondermelk

Slide 24 - Slide

Ondermelk thermiseren met ontromer en bactofuge.
In deze afbeelding gaat het om de plek van de bactofuge in het systeem.

De bactofuge zit in het productieproces na de centrifuge/ontromer.
De bactofuge is zelf-lossend, het slib (melk met bacteriemateriaal) wordt door stoom gesteriliseerd waardoor deze weer aan de melk toegevoegd kan worden.
Homogeniseren van melk
Homogeniseren

De vetdeeltjes in de melk worden verkleind. 





Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Homogeniseren van melk
Dit gebeurt door de melk met hoge
snelheid en kracht tegen een kneuskop
aan te laten botsen.
De vetdeeltjes spatten dan in kleine 
stukjes uit elkaar en kunnen zo niet 
meer samenvloeien en opromen.

Het vet is fijn verdeeld in de melk.



Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

Melkinstallatie - Zone.college

Slide 28 - Slide

 Einde les dit plaatje weer bekijken en vragen welke apparatuur te herkennen/in de installatie aanwezig is?
Wij hebben een pasteur-regeneratief en een centrifuge (ontromer) in de lijn staan.

Standaardiseren van melk
Standaardiseren wil zeggen dat room en ondermelk worden met elkaar in gemengd zodat melk het gewenste eiwit- en vetgehalte heeft.
Bijvoorbeeld voor volle -, halfvolle -, magere melk, kaasmelk (48+, 40+, 30+, 20+ kaas), yoghurt.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Standaardiseren van melk

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Gewenste samenstelling berekenen
Stel je voor dat je 100 kg kaasmelk nodig hebt met daarin 3,5% vet.
Dan heb je M kg volle melk en X kg ondermelk nodig.

In M kg volle melk zit: 4,5% vet
In X kg ondermelk zit: 0,05% vet

In de kaasmelk moet uiteindelijk zitten: 3,5% vet
Hoe bereken je de hoeveelheid volle melk en de hoeveelheid ondermelk?





Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Gewenste samenstelling berekenen
De mengverhouding bereken je met het 'meng-vierkant'.





Links de vetgehaltes van de volle melk en de ondermelk.
In het midden het gewenste vetgehalte van de kaasmelk

Slide 32 - Slide

IN de volgende dia's volgt de uitleg over hoe te rekenen met het mengvierkant.
Gewenste samenstelling berekenen




Aan de rechter kant plaats je de verschillen tussen de getallen.

Deze getallen geven de verhouding aan tussen de kg volle melk en ondermelk.
M kg volle melk : X kg ondermelk = 3,45 : 1,00


Slide 33 - Slide

In deze en volgende volgt de uitleg over hoe te rekenen met het mengvierkant.

Verhouding van het aantal delen product A en aantal delen product B vinden studenten vaak moeilijk te begrijpen. 
Ik gebruik dan het voorbeeld van het maken van ranja/limonadesiroop, daar is de mengverhouding: 1 deel siroop + 7 delen water = 8 delen eindproduct. 
Gewenste samenstelling berekenen
Als je 100 kg kaasmelk wilt maken heb je nodig:

Slide 34 - Slide

Uitleg over hoe te rekenen met het mengvierkant.
Bij de berekende hoeveelheid ondermelk staat een fout in de tekst. Er staat volle melk i.p.v. ondermelk.
Rekenen met het meng-vierkant
Nu ga je zelf aan het rekenen.

Gewenst is 150 kg melk met een vetgehalte van 1,5%
Beschikbaar is:
- Ondermelk 0,05% vet
- Volle melk 4,4% vet
Bereken hoeveel volle melk en hoeveel ondermelk gemengd moeten worden om deze melk te maken.


timer
5:00

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Rekenen met het meng-vierkant

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Vragen over de lesstof?

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Check - Leerdoelen - Les 4
Jij:
  • kunt verschillende bewerkingen van melk benoemen
  • kunt een korte uitleg geven over het doel van deze bewerking
  • kunt de gebruikte apparatuur benoemen en de werking ervan uitleggen
  • kunt met behulp van het meng-vierkant de juiste mengverhouding uitrekenen om een gewenste melksamenstelling te krijgen.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions