Lezen H3 Nieuw Nederlands

Starten met lezen
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Starten met lezen

Slide 1 - Slide

Lezen H3


Argumentatie

Slide 2 - Slide

STARTOPDRACHT

Slide 3 - Slide


Geef je antwoord hieronder.

Slide 4 - Open question

Theorie
Een argumentatie bestaat uit twee delen:
- het standpunt of mening
- de argumenten

Slide 5 - Slide

Standpunt/mening: wat iemand vindt
Argumenten: waarom iemand iets vindt
Doel van een argumentatie is een ander overtuigen, zodat diegene het standpunt overneemt.

Slide 6 - Slide

soorten argumenten
Je hebt twee soorten argumenten:
- feitelijk: dit is te controleren en is waar of niet waar
- waarderend: dit is niet te controleren, kan voor iedereen anders zijn.

Slide 7 - Slide

Wat is het standpunt in deze zin:
Ik ga liever niet mee naar Parijs, want Parijs is een grote dichtbevolkte stad.
A
Ik ga liever niet mee naar Parijs
B
want Parijs is een grote, dichtbevolkte stad.
C
De hele zin is een standpunt.
D
Er zit geen standpunt in deze zin.

Slide 8 - Quiz

Is het argument van de vorige zin (want Parijs is een drukke, dichtbevolkte stad.) feitelijk of waarderend?
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 9 - Quiz

Omdat we verplicht zijn om mensen in nood altijd te helpen, vind ik dat we alle vluchtelingen in Nederland moeten opnemen. Wat is in deze zin het argument?
A
Omdat we verplicht zijn mensen in nood altijd te helpen,
B
vind ik dat we alle vluchtelingen in Nederland moeten opnemen.
C
De hele zin is een argument.
D
Er zit geen argument in deze zin.

Slide 10 - Quiz

Is het argument (Omdat we verplicht zijn om mensen in nood altijd te helpen) feitelijk of waarderend?
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 11 - Quiz

Ik ga graag mee naar Parijs, want Parijs heeft de mooiste musea van de hele wereld. Wat is het standpunt in deze zin?
A
Ik ga graag mee naar Parijs,
B
want Parijs heeft de mooiste musea van de hele wereld
C
De hele zin is een standpunt.
D
Deze zin heeft geen standpunt.

Slide 12 - Quiz

Is het argument in de vorige zin (want Parijs heeft de mooiste musea van de wereld) feitelijk of waarderend?
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 13 - Quiz

Israël en de Palestijnen zullen niet snel nader tot elkaar komen; ze hebben immers nu al meer dan zestig jaar een ernstig conflict. Wat is in deze zin het argument?
A
Israël en de Palestijnen zullen niet snel nader tot elkaar komen;
B
ze hebben immers nu al meer dan zestig jaar een ernstig conflict.
C
De hele zin is een argument.
D
Deze zin heeft geen argument.

Slide 14 - Quiz

Is het argument in de vorige zin (ze hebben immers nu al meer dan zestig jaar een ernstig conflict.) feitelijk of waarderend?
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 15 - Quiz

Soorten argumentatie
  • enkelvoudige argumentatie
  • meervoudige argumentatie:
-nevenschikkende argumentatie
- onderschikkende argumentatie

Slide 16 - Slide

enkelvoudige argumentatie
Bij het standpunt wordt maar één argument gegeven

Slide 17 - Slide

nevenschikkende argumentatie
Bij een standpunt worden meerdere argumenten gegeven. Elk argument staat op zichzelf.

Slide 18 - Slide

Onderschikkende argumentatie
Hierbij krijgt een argument een eigen argument

Slide 19 - Slide

theorie

Slide 20 - Slide

standpunt
waarderend 
argument
feitelijk 
argument
Je moet je warm kleden als je de deur uitgaat,
want de temperatuur komt vandaag niet boven nul.
De meeste inzendingen zijn niet om aan te horen;
daarom kunnen we beter stoppen met het Eurovisie Songfestival.

Slide 21 - Drag question

Aan het werk!
Voor de volgende opdracht moet je in je boek kijken.
Maak opdracht 1 + 2 van hst 3 (blz 74-76)

15 minuten. Werk alleen of samen (fluisterend), daarna bespreken
Eerder klaar? 
Maak opdracht 3 blz. 76-77

Slide 22 - Slide

zin 1
zin 2
zin 3
zin 4
zin 5
zin 6

Slide 23 - Drag question

terugkijken & volgende les
maken opdracht  3 van Lezen H3
(blz. 76-77)


Slide 24 - Slide