T&G Periode 5 les 1 Herhaling leerjaar 1 (1)

T&G Periode 5 les 1
Herhaling leerjaar 1 (1)
1 / 22
next
Slide 1: Slide
T&GMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

T&G Periode 5 les 1
Herhaling leerjaar 1 (1)

Slide 1 - Slide

Wat heb je nodig bij T&G?

- Laptop

- Boek: Sportleider als trainer/coach

- Account lesson-up + ingeschreven in klassenteams

Slide 2 - Slide

Toetsing dit jaar
T&G theorie:

- 2 digitale theorietoetsen
- een periodisering
- een presentatie over de periodisering

Eindcijfer: gemiddelde van de 4 toetsen

Slide 3 - Slide

Trainingsbelasting
Belasting en belastbaarheid moeten altijd in een soort van evenwicht zijn.
Belasting is de weerstand die je lichaam ondergaat of de arbeid die de sporter levert.
Belastbaarheid is het vermogen van het lichaam om een belasting te ondergaan of deze te kunnen leveren zonder nadelige gevolgen.

Slide 4 - Slide

Trainingswetmatigheden

Door te trainen proberen we supercompensatie te realiseren. Er zijn tal van andere trainings wetmatigheden (trainingsprincipes) die daarbij helpen. 

Als sportleider is het belang om kennis te hebben van deze wetmatigheden.

Slide 5 - Slide

Supercompensatie
Is de belangrijkste! De andere trainingswetmatigheden helpen bij het realiseren van 'supercompensatie'.


Slide 6 - Slide

Supercompensatie door:
  1. Rusten
  2. Hersteltraining
  3. Andere trainingsvorm
  4. Voeding
  5. Massage
  6. Sauna

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Invloed op de hoogte van de supercompensatie

  • Getraindheid van de sporter
  • Intensiteit van de training

Iedere sporter is anders!

Slide 9 - Slide

Andere trainings wetmatigheden 

Door te trainen proberen we supercompensatie te realiseren. Er zijn tal van andere trainings wetmatigheden (trainingsprincipes) die daarbij helpen.

Slide 10 - Slide

Overload principe 
Trainingsprikkel moet een minimale sterkte hebben wil er er trainingseffect optreden.

Op den duur meer en zwaarder trainen om resultaten te bereiken.

Moet sprongsgewijs gebeuren om
tot supercompensatie te komen.

Slide 11 - Slide

Verminderde meeropbrengst 
Om op een hoger niveau tot prestatieverbetering te komen moet er meer getraind worden.

Slide 12 - Slide

Omkeerbaarheid
Trainingseffecten verdwijnen of de ontwikkeling van een bewegingseigenschap stagneert, als de sporter geen of te weinig belastingprikkels toedient.

Stilstaan is achteruit gaan.

Slide 13 - Slide

Specificiteit

Je verbetert alleen datgene wat je traint.

De sporter zal specifiek belast moeten worden, wil hij er in de eigen sport op vooruit gaan.

Slide 14 - Slide

Individualiteit
Elke sporter heeft een eigen beginsituatie.
Elke sporter moet op zijn eigen niveau belast of getraind worden.
Neem trainingsschema’s NIET klakkeloos over.

Slide 15 - Slide

Duurzaamheid
Verbeteringen die geleidelijk ontstaan blijven langer behouden.

Wie voor de snelle, korte weg kiest zal een minder hoog prestatieniveau behalen

Slide 16 - Slide

Wat is de weerstand die je lichaam ondergaat? of de arbeid die de sporter levert?
A
Belasting
B
Belastbaarheid
C
Trainingsbelasting
D
Trainingswetmatigheid

Slide 17 - Quiz

Leg uit wat belasting en belastbaarheid met elkaar te maken hebben:

Slide 18 - Open question

Over welke fase zegt het overload principe (voornamelijk) wat?
A
Training
B
Herstel
C
Supercompensatie
D
Daling tot begin niveau

Slide 19 - Quiz

Hoe kun je het herstel van een inspanning positief beïnvloeden?

Slide 20 - Open question

Set de fases van de supercompensatie in de juiste volgorde:
1
2
3
4
Training
Herstel
Supercompensatie
Daling tot begin niveau

Slide 21 - Drag question

Sleep de uitleg naar de juiste traingswetigheden
Vermindere meeropbrengst
Omkeerbaarheid
Specificiteit
overload
Een trainingsprikkel moet een minimale sterkte hebben wil een effect optreden.
Stilstaan is achteruitgang. Trainingseffecten verdwijnen als je de sporter geen of te weinig belasting geeft
Naarmate het prestatieniveau hoger is wordt het trainingseffect steeds kleiner
Je verbetert alleen datgene wat je traint

Slide 22 - Drag question