* Alles is afhankelijk van de betekenis die je aan de prikkel geeft maar ook je omgeving.
*lezen vb p 35
Slide 23 - Slide
Opdracht
Opdracht 7 p 35
Opdracht 8 p 36
Slide 24 - Slide
2. Het waargenomene beïnvloedt het waarnemingsproces
In dit deel zullen we het hebben over visuele waarneming.
In het volgende deel zulle we het hebben over de waarnemer.
Slide 25 - Slide
gestaltpsychologie
Max Wertheimer:
We nemen geen losse elementen waar maar we groeperen losse elementen als een geheel.
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
2.1. Verhouding tussen de voorgrond en de achtergrond
* Bewegende en stilstaande figuren
* Contrast werking * Camouflage
* Compensatie
Slide 28 - Slide
2.1. Verhouding tussen de voorgrond en de achtergrond
Petrus - Paulus Vaas
Slide 29 - Slide
Opdracht
Opdracht 9 p 37
Slide 30 - Slide
Bewegende en stilstaande figuren
Slide 31 - Slide
Opdracht
Opdracht 10 p 37
Slide 32 - Slide
Contrastwerking
Slide 33 - Slide
Opdracht
Opdracht 11 p 38
Slide 34 - Slide
CAMOUFLAGE
Slide 35 - Slide
Opdracht
Opdracht 12 p 38
Slide 36 - Slide
Compensatie
Soms worden we misleid doordat de persoon die we waarnemen bewust onze aandacht afleidt van de dingen die we zouden moeten zien.
Bv. door make-up
Slide 37 - Slide
2.2. Het geheel is meer dan de som der delen.
Afzonderlijke delen krijgen een betekenis omdat we ze zien als een geheel.
Slide 38 - Slide
Extra opdracht
Knutsel zelf iets met het materiaal dat aanwezig is in de klas die deze wet aantoont.
Het geheel is meer dan de som der delen
Slide 39 - Slide
3.3. Groeperingswetten.
Deze wetten stellen ons in staat de dingen die we waarnemen te vereenvoudigen zodat ze gemakkelijker te interpreteren zijn.
*Wet van de nabijheid
* Wet van de gelijkheid
* Wet van de geslotenheid.
* Wet van de goede voortzettint.
Slide 40 - Slide
Wet van de nabijheid
Slide 41 - Slide
Wet van de gelijkheid.
Slide 42 - Slide
Wet van de geslotenheid
Slide 43 - Slide
Wet van de goede voortzetting
Slide 44 - Slide
2.4. Perceptuele constanties
Het beeld dat op je netvlies valt verandert voortdurend.
Als er eerst iemand voor je staat en dan van je wegloopt lijkt het beeld van die persoon op je netvlies kleiner te worden.
Slide 45 - Slide
Slide 46 - Slide
Slide 47 - Video
https:
Slide 48 - Link
2.5. Visuele illusies
Visuele illusies kunnen ingedeeld worden in 2 groepen:
Tweedimensionale
Driedimensionale illusies
Slide 49 - Slide
Tweedimensionale illusies
HORIZONTAAL-VERTICALE ILLUSIE
Slide 50 - Slide
Tweedimensionale illusies
SANDLER-PARALLELLOGRAM
Slide 51 - Slide
Tweedimensionale illusies
POGGENDORF-Illusie
Slide 52 - Slide
Tweedimensionale illusies
Tichener-cirkels
Slide 53 - Slide
Tweedimensionale illusies
Delboeuf-illusie
Slide 54 - Slide
Driedimensionale illusies
PONZO ILLUSIE
Slide 55 - Slide
Driedimensionale illusies
Müller-Lyer Illusie
Slide 56 - Slide
Driedimensionale illusies
Onmogelijke figuur
Slide 57 - Slide
Opdracht
Opdracht 13 p 43
Slide 58 - Slide
Opdracht
Opdracht 14
Stuur je foto door via smartschool (afwerken 19/10)
Slide 59 - Slide
Opdracht
Mindmap Opdracht 15
(Afwerken 19/10)
Slide 60 - Slide
3. De waarnemer beïnvloedt het waarnemingsproces
Ook eigenschappen van de waarnemer kunnen het waarnemingsproces beïnvloeden.
Er spelen 2 factoren een rol:
Lichamelijke factoren
Psychologische factoren
Slide 61 - Slide
Slide 62 - Video
Lichamelijke factoren
Welk affect had het gebrek aan slaap op Peter?
Slide 63 - Slide
Slide 64 - Video
Opdracht
Opdracht 16 p 45
Opdracht 17 p 45
Slide 65 - Slide
Psychologische factoren
Het waarnemen wordt ook beïnvloed door psychologische factoren van de waarnemer zoals:
Aandacht
Gewenning
Irritatie
Voorkennis
Emotionele instelling
Zelfbeeld
Slide 66 - Slide
Psychologische factoren
Aandacht is het focussen op iets in onze omgeving. Daardoor 'kiezen' we eigenlijk wat we zien en wat niet.
Je kan pas iets waarnemen als je er aandacht voor hebt?
Dit is afhankelijk van verschillende elementen.
Slide 67 - Slide
Psychologische factoren
Iets kan onze aandacht trekken omdat het opvallend is.
Iets kan onze aandacht trekken omdat het te maken heeft met onze behoeften.
Iets kan onze aandacht trekken omdat het verbonden is met onze persoonlijke smaak en interesse.
Iets kan onze aandacht trekken omdat het bepaalde gevoelens oproept.
Iets kan onze aandacht trekken omdat het verbonden is met vroegere ervaringen.
Slide 68 - Slide
Opdracht
Opdracht 18 p 46
Slide 69 - Slide
Psychologische factoren
Het weneffect --> Wanneer iets in onze omgeving verandert, hebben we dit snel opgemerkt maar als we heel vaak met eenzelfde prikkel geconfronteerd worden, dan gaan we die prikkel amper nog opmerken.
Voorbeeldjes.
Het omgekeerde is het irritatie-effect. Een prikkel kan zodanig opvallend aanwezig zijn dat hij irritatie en ergernis opwekkt.
Voorbeeldjes.
Slide 70 - Slide
Psychologische factoren
We beschikken allemaal over een bepaalde kennis en die voorkennis zal onze waarneming beïnvloeden.
Je bent eigenlijk vooringenomen en je waarneming zal gekleurd zijn.
Slide 71 - Slide
Opdracht
Opdracht 19
Slide 72 - Slide
Psychologische factoren
Je emotionele instelling speelt ook een rol in het waarnemingsproces. Je hebt beslist al ervaren dat de wereld er zonniger en positiever uitziet als je goedgemutst bent opgestaan.
Slide 73 - Slide
Opdracht
Opdracht 20 p 47
Slide 74 - Slide
Psychologische factoren.
Ook ons zelfbeeld heeft een invloed op de waarneming. Je ziet de dingen anders naarmate je een meer positief of negatief zelfbeeld hebt.
Slide 75 - Slide
Psychologische factoren.
WE ZIEN DE DINGEN NIET ZOALS ZE ZIJN . WE ZIEN ZE ZOALS WIJ ZIJN.
Slide 76 - Slide
Opdracht
Opdracht 21 p 48
Slide 77 - Slide
Opdracht
Opdracht 22 maak een samenvatting van dit hoofdstuk in de klas.
