ACTIE - REACTIE

1 / 45
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

VOORKENNIS - CASUS NASPELEN
SPELREGELS

  • Communiceer op een respectvolle wijze 
  • Roepen doen we niet! 

 


 

Slide 2 - Slide

VOORKENNIS - CASUS NASPELEN
INSTRUCTIE
  • Jullie gaan per twee een casus naspelen waarbij ACTIE en REACTIE centraal staan.
  • Bijvoorbeeld: Leerling A doet iets - Leerling B moet hierop reageren.
  • Doel = laten zien hoe elke actie een reactie oproept
  • Speel de situatie na
  1. Zorg ervoor dat de actie duidelijk is, en de reactie hierop meteen volgt.
  2. Denk goed na over de rol die je speelt en laat het realistisch overkomen.

Slide 3 - Slide

REFLECTIEVRAGEN
We gaan nu even stilstaan bij  
  • het gedrag 
  • de gevolgen 
  • de alternatieven van jullie ACTIES en REACTIES 

Slide 4 - Slide



1. Wat was de actie in jullie casus?
(Wie deed wat?)

Slide 5 - Open question

2.Hoe werd daarop gereageerd?
(Was de reactie rustig, boos, verrassend...?)

Slide 6 - Open question

3. Wat was het gevolg van die reactie?
(Wat gebeurde er daarna? Wat veranderde er in de situatie?)

Slide 7 - Open question

4.Zou je iets anders gedaan hebben als jij het écht meemaakte? Waarom (niet)?

Slide 8 - Open question

5. Wat deed deze situatie met jou als 'personage'?
(Voelde je je begrepen, genegeerd, kwaad...?)

Slide 9 - Open question

6.Wat zou een betere reactie zijn geweest?

Of was dit net een goed voorbeeld?

Slide 10 - Open question

7. Wat leer je uit deze actie-reactie voor echte situaties in het dagelijks leven?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Hoe reageer jij fysiek?


Hoe reageer je in die eerste seconde?
AAH!! Je schrikt!

Slide 13 - Mind map

VOORKENNIS ACTIVEREN

Slide 14 - Slide

Wat gebeurt er nu eigenlijk wanneer je schrikt van iets heel ergs?
(Denk aan het voorbeeld van de leerling die de klas komt binnen gestormd.)

Bedenk nu klassikaal twee voorbeelden van momenten waarbij je schrikt of plots veel stress vertoont.

Slide 15 - Slide

"Wat doe jij?"  Situatiespel met keuzereacties 
  • LK leest voorbeeldsituaties die zomaar zouden kunnen gebeuren
  • Situaties die stress kunnen uitlokken
  • LK overloopt de antwoorden 
  • Dan zegt de leerkracht A of B of C. 
  • Het antwoord dat het dichtste bij jou aanleunt – steek je je hand op. 
  • STIL - KIJK ROND JE!

Slide 16 - Slide

In stress - situaties

zijn er 4 manieren
 
 waarop we 

INSTINCTIEF reageren
 
(trauma – respons) 
We passen ze toe op onze voorbeelden 
- twee vrijwilligers!

Slide 17 - Slide

Belangrijk om te weten!
          DEZE REACTIES GEBEUREN AUTOMATISCH

           STRESS - HORMONEN - REACTIE BIJ JEZELF

           JE KAN OEFENEN OP SITUATIES




Slide 18 - Slide

We kijken naar een filmpje dat uitlegt hoe ons lichaam reageert in stressvolle  situaties

Slide 19 - Slide

WAT HERINNER JE JE NOG VAN DE LESSENREEKS TOT HIERTOE?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

FIGHT
  • Je schiet in een vechtmodus omdat je jezelf en eventueel de mensen om je heen wil beschermen.  
  • Vechterstypes komen graag snel in actie.  
  • Dat kan fysiek zijn maar ook verbaal.   
  • gebalde vuisten - tandenknarsen - je lichaam aanspannen  
  • = dit zijn manieren waarop het lichaam de opgebouwde spanning af kan voeren. 


Slide 22 - Slide

Jullie krijgen een werkblad

UITLEG OPDRACHT WERKBLAD: 

  • kleur bij alle vier de omschrijvingen op je werkblad het werkbalkje in tot waar jij vindt dat de reactie bij jou past. 

KLEUR nu eerst het balkje 'VECHTEN'
 
Let op:  

er is geen goed of fout en je hoeft dit niet te delen! 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

FLIGHT
  • Je wil gevaar, stress of een confrontatie zo veel mogelijk uit de weg gaan.

VOORBEELDEN:  
  • Je loopt de kamer uit.
  • Je gaat niet de dialoog aan met een persoon.
  • Je durft iemand niet terug te bellen. 

Slide 25 - Slide

Eigenschappen FLIGHT-reactie
  • Rusteloze benen en armen.
  • Een knie die constant op en neer wipt.
  • Gevoel dat je gevangen zit in je eigen lichaam.  
Wist je dat sommige mensen die sterke vluchtneigingen hebben overdreven veel aan doen? 

In hoeverre herken jij jezelf? Kleur je balkje in. 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

FREEZE
  • dit doen we eigenlijk allemaal in eerste instantie 
  • ......wanneer we ergens van schrikken 
  • ......ook al is het maar voor enkele seconden

  •  Dit zorgt voor een korte buffer, zodat we de tijd hebben om meer informatie over het gevaar of de situatie naar onze hardwerkende hersenen te sturen. 

 

Slide 28 - Slide

In hoeverre herken jij jezelf? Kleur je balkje in. 


  • Bij sommige mensen lijkt het zelfs alsof ze niets om de situatie geven.  
  • Niets is minder waar, het is alleen dat deze automatische, natuurlijke reactie van het lichaam het zo doet lijken.  
  • Ze hebben langer nodig om de prikkels te verwerken en te bedenken wat ze moeten doen. 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

FAWN
In hoeverre herken jij jezelf? Kleur je balkje in. 
  • Je laat de situatie helemaal over je heen  komen, je gaat er zelfs in mee, je probeert het je aanvaller naar de zin te maken in de hoop dat de gevaarlijke situatie dan verdwijnt. 
  • Pleasers zijn mensen die de behoeftes van anderen boven die van zichzelf zetten. 
  • Kinderen die in een onveilige situatie zijn opgegroeid hebben zichzelf deze respons vaak aangeleerd. 
 
 

Pleasers zijn mensen die de behoeftes van anderen boven die van zichzelf zetten. Kinderen die in een onveilige situatie zijn opgegroeid hebben zichzelf deze respons vaak aangeleerd. Ze kunnen zichzelf goed onzichtbaar maken en proberen ervoor te zorgen dat iedereen het zo veel mogelijk naar de zin heeft zodat er geen spanningen ontstaan.

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Gelukkig hebben we niet altijd met noodsituaties te maken.  

Maar het is sowieso belangrijk dat we er voor elkaar zijn, dat we op anderen kunnen rekenen als je ze nodig hebt en andersom: thuis, op straat en in de klas.  

STAP 1  = je van je eigen reactie bewust worden  
STAP 2 = oefenen hoe je zou kunnen reageren = WENSELIJKE REACTIES 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

OEFENING scenario fietsenstalling
  • Leerkracht vertelt het scenario.

  • STAP 1  - Bedenk zelf 3 mogelijke verschillende reacties die je kunt hebben om te helpen.  Noteer deze op het werkblad. 
  • STAP 2  Ga per twee zitten. Bespreek welke antwoorden jullie hadden.  Op je werkblad heb je ruimte om de reacties van je klasgenoot te noteren. 

Slide 36 - Slide

Doorloop in DUO de volgende denkrichtingen: 

  • Wat kún je allemaal doen in deze situatie, zowel in negatieve als in positieve zin? 
  • Wat zou je willen doen in deze situatie? 
  • Hoe zou je dat kunnen aanpakken? 
  • Kun je dat zelf, of heb je hulp van anderen nodig? 
  • Welke risico’s loop je in deze situatie? 
  • Wat is realistisch? 


Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

STAP 1:  
Wissel jullie antwoorden per 4 uit. 

  • Welke reacties hebben jullie allemaal?  
  • Hoe zou je kunnen helpen/ingrijpen?  
  • Welke missen jullie nog? 

 
Noteer wat jullie eventueel missen op het werkblad. 
 

Slide 39 - Slide

STAP 2:  
Kies vervolgens zelf 1 of 2 reacties uit - 
die je jezelf wel ziet doen. 

  • ....Waarvan je denkt: dat zou ik wel durven, of dit zie ik mezelf wel doen?  Let op: je hoeft echt niet de held te spelen!
  • Belangrijk is dat je zelf in eerste instantie veilig bent, anders kan je de ander ook niet helpen. 
 
Deze reacties vul je in- in de laatste twee vakjes. 
 

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Beschrijf deze situatie ook op het werkblad. 

Beschrijf kort een situatie
waarin je wenste dat je
anders gereageerd had

Slide 42 - Mind map

Slide 43 - Slide

Noteer nog even op jullie werkblad
Herschrijf je verhaal.
Wat zou je anders doen?

Slide 44 - Mind map

THE END
WAT HEBBEN JULLIE
GELEERD?

Slide 45 - Mind map