B6 Reductiedeling (meiose)

B6 Reductiedeling
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

B6 Reductiedeling

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen hoe het verloop en wat het doel van de reductiedeling is.
  • Je kan uitleggen wat de verschillen tussen een eicel en zaadcel zijn.
  • Je kan beschrijven hoe geslachtschromosomen het geslacht van een mens bepalen.

Slide 2 - Slide

Terugblik

Slide 3 - Slide

gewone celdeling = Mitose

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

reductiedeling
meiose
aanmaak geslachtscellen
de helft van het aantal chromosomen

Slide 6 - Slide

Het verloop van een reductiedeling (schematisch).

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

meiose
meiose

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Opdracht
  • Lees en markeer B6 (als de opdrachten in je werkboek maakt)
  • Maak opdracht 1 t/m 3
  • Maak de opdrachten 5 t/m 7
  • Opdracht 4 is een samenvatting, kies zelf of je deze maakt of dat je op een andere manier een samenvatting maakt.

Slide 12 - Slide

Een eicel heeft geen celkern
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Mitose
Meiose

Slide 14 - Drag question

Er vindt celdeling plaats om spiercellen te maken. Is dit mitose of meiose
A
Mitose
B
Meiose

Slide 15 - Quiz

Ze je in de afbeelding hiernaast de meiose of mitose?
A
Meiose
B
Mitose
C
Beiden
D
Niet te zeggen

Slide 16 - Quiz

Er vindt celdeling plaats om zaadcellen te maken. Is dit mitose of meiose
A
Mitose
B
Meiose

Slide 17 - Quiz

Mitose
Meiose
identiek DNA
Helft chromosomen
gewone celdeling
reductiedeling
gebeurt in eierstokken
Gebeurt in je huid

Slide 18 - Drag question

Een eicel is .....
A
kleiner dan de zaadcel
B
even groot als een zaadcel
C
groter dan een eicel

Slide 19 - Quiz

Hoe kan een zaadcel zich voortbewegen?
A
Met de zweepstaart
B
Met de zaadblaasjes

Slide 20 - Quiz

Mitose
Meiose
gewone celdeling
reductiedeling
46 --> 46 + 46
46 --> 23 + 23
in de geslachtscellen
in alle andere cellen
chromosomen verdubbelen

Slide 21 - Drag question

Een menselijke zaadcel heeft:
A
23 paar lichaams chromosomen
B
23 lichaams chromosomen
C
Een X & een Y chromosoom
D
Een X of een Y chromosoom

Slide 22 - Quiz

Op de volgende dia's staat nog extra uitleg over de mitose en meiose.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Link

Slide 25 - Link