Strafrecht JD2 23-6-2020

"Alleen een wet kan gedrag strafbaar stellen"
A
Waar
B
Niet waar
1 / 18
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMBOStudiejaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

"Alleen een wet kan gedrag strafbaar stellen"
A
Waar
B
Niet waar

Slide 1 - Quiz

"Onder formeel strafrecht vallen de strafbepalingen en de straffen + maatregelen"
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Het wetboek van Strafrecht bestaat uit drie delen, noem deel 2:

Slide 3 - Open question

"Een poging tot een overtreding is strafbaar."
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Het uitgangspunt dat de NLse strafwet van toepassing is op iedereen die op Nederlands grondgebied een strafbaar feit pleegt noemen we:
A
Universaliteitsbeginsel
B
Reikwijdte van Strafrecht
C
Territorialiteitsbeginsel
D
Trias Politica

Slide 5 - Quiz

Een strafbepaling bestaat uit drie onderdelen, welke hoort er NIET bij:
A
Kwalificatienorm
B
Daderprofiel
C
Sanctienorm
D
Delictsomschrijving

Slide 6 - Quiz

Voor hoeveel soorten diefstal kent het WvSR een wetsartikel?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Wat is het verschil tussen diefstal met geweld en afpersing?
A
De mate van geweld: veel/weinig
B
Soort dwang: fysiek/geestelijk
C
Wie het goed afgeeft/wegneemt
D
Strafverzwaring indien lichamelijk letsel: wel/niet

Slide 8 - Quiz

Welk deel van de straf krijgt iemand opgelegd bij een poging tot....
A
1/2
B
1/4
C
1/3
D
2/3

Slide 9 - Quiz

Welk deel van de straf krijgt iemand opgelegd bij voorbereidings-handelingen van het verboden gedrag?
A
1/2
B
1/4
C
1/3
D
2/3

Slide 10 - Quiz

Onder welk artikel valt dierenmishandeling?
A
Vernieling
B
Zware mishandeling
C
Baldadigheid
D
Openlijke geweldpleging

Slide 11 - Quiz

Welke uitspraak krijg je als de tenlastelegging niet bewezen wordt?
A
Vrijspraak
B
AVAS
C
OVAR
D
Kwijtschelding

Slide 12 - Quiz

Noodweer is een:
A
Schulduitsluitingsgrond
B
Rechtvaardigingsgrond

Slide 13 - Quiz

Ontoerekeningsvatbaarheid is een:
A
schulduitsluitingsgrond
B
rechtvaardigingsgrond

Slide 14 - Quiz

De samenleving ervan weerhouden een strafbaar feit te plegen noemen we:
A
Vergelding
B
Resocialisatie
C
Speciale preventie
D
Generale preventie

Slide 15 - Quiz

"Of je iemand dood met voorbedachte raad maakt het verschil tussen moord en doodslag."
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Bij adolescentenstrafrecht heeft de rechter heeft de mogelijkheid om te kiezen tussen het jeugdstrafrecht en het volwassenenstrafrecht.
A
12-16
B
16-18
C
16-23
D
18-23

Slide 17 - Quiz

Het strafprocesrecht bestaat uit 3 fases, welke hoort er NIET bij
A
Vooronderzoek
B
Voorgeleiding OvJ
C
Ottz
D
Tenuitvoerlegging

Slide 18 - Quiz