VTH theorie injecteren insuline en im week 4

VTH theorie 
4.2.1 injecteren bij diabetes
4.3 Intramusculair injecteren 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
VTHMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

VTH theorie 
4.2.1 injecteren bij diabetes
4.3 Intramusculair injecteren 

Slide 1 - Slide

4.2.1 injecteren bij diabetes 
reden insuline ? 
wat is een hypo ?
hoe herken ik een hypo ?

Slide 2 - Slide

injectieplaatsen 
buik (ultrasnelwerkende of snelwerkende insuline)
billen (middellangwerkende of langwerkende)
armen 
bovenbenen (middellangwerkende of langwerkende)
Subcutaan !!

Slide 3 - Slide

insulinemix:
injecteer je 's ochtends in de buik en 's avonds in het been. 
Wissel spuitplaatsen af ! 
Dit voorkomt littekenweefsel en spuitplekken

Slide 4 - Slide

Soorten insuline 
- ultrasnelwerkende insuline 
- snelwerkende insuline 
- middel langwerkende insuline 
- mengvormen (insulinemix)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Insulinepennen 
- wegwerppennen
- opzuigen uit ampul 
* bij gemengde insuline: pen zwenken (10 keer)
(schudden veroorzaakt luchtbelletjes)

Slide 8 - Slide

Glucagoninjecties 
? wat doet glucagon ook alweer ?
als iemand een hypo heeft 
injecteer deze im (in de spier)

Slide 9 - Slide

Bewaren van insuline 
* koel: tussen 2 en 8 graden 
* op kamertemperatuur als de insuline is aangebroken  (maximaal 4 weken te gebruiken)
* buiten direct zonlicht 

Slide 10 - Slide

4.3 intramusculair injecteren 
- niet via maag-darmkanaal 
- in spierweefsel, dan in bloed opgenomen (gaat sneller)
15-20 minuten is opname snelheid 

Slide 11 - Slide

altijd loodrechttechniek 
plaatsen:
- armspier 
- dijbeenspier 
- bilspier buikzijde 
- bilspier rugzijde 

Slide 12 - Slide

Rangeertechniek 
* voorkomt dat medicatie terugvloeit in het onderhuidsbindweefsel  (voorbeeld antibiotica)
- je huid trek je opzij 

Slide 13 - Slide

Vragen ?

Slide 14 - Slide