Les 7 la famille

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Slide

Lundi 07 novembre
De leerdoelen/ les objectifs:

- Je kunt zinnen met familielidden in het Frans vertalen;
- Je kunt het werkwoord "avoir" (hebben) en kan het in zinnen aanpassen;
- Jij kunt teksten over familie en vrienden begrijpen en vragen antwoorden.

Slide 2 - Slide

Ce n'est pas un membre (lid) de la famille :
A
le grand-parent
B
le fils
C
l'adulte
D
la mère

Slide 3 - Quiz

Il y a le nord, le sud, l'est et....
A
le west
B
l'houest
C
le ouest
D
l'ouest

Slide 4 - Quiz

Vertaal "het meisje heeft een hond":

Slide 5 - Open question

Vertaal "de tweeling hebben een nicht":

Slide 6 - Open question

Vertaal "hoe oud ben je?"

Slide 7 - Open question

En jij, hoe oud ben jij (antwoord de vraag in het Frans met een hele zin)?

Slide 8 - Open question

"wij hebben":
A
vous avez
B
nous avons
C
ils ont
D
nous sommes

Slide 9 - Quiz

Vertaal "jij hebt":

Slide 10 - Open question

Il n'a pas de frère et pas de soeur. Il est fils unique. Wat denk jij dat "fils unique" betekent?

Slide 11 - Open question

Wat denk jij dat de vrouwelijk vorm van "fils unique" is?

Slide 12 - Open question

Extra opdrachten
1/ http://www.talenwijzer.com/avoir-tegenwoordige-tijd-invuloefening.html
et
2/ http://www.talenwijzer.com/avoir-au-preacutesent--exercices.html 

Slide 13 - Slide

Les exercices
Maintenant, la classe ouvre le livre page 60 et écoute Madame Baichere.
Exercice 11 A.

Slide 14 - Slide

Les exercices
Maintenant, la classe ouvre le livre page 60 et écoute Madame Baichere (pour moi : texte 1 page 66)
Exercices 12, 1 et 13, 1, 2 et 3.

Slide 15 - Slide

Les exercices
Maintenant, la classe écoute un autre dialogue (pour moi : texte 2 page 66)
Exercices 12, 2 et 13, 4, 5 et 6

Slide 16 - Slide

Klaar?
1/ Parle en français ! Exercice 15, page 62
Tip: copain = vriend
copine = vriendin
2/ Begin om de woorden van Apprendre 4 te leren


Slide 17 - Slide

Wat heb jij vandaag geleerd?

Slide 18 - Open question