H3 - Alle quizvragen

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Hfdst. 3 PRODUCEREN

Alle quizvragen

Hieronder staan vier voorbeelden van productie. 

Is er sprake van formele productie of van informele productie? Sleep de voorbeelden naar het juiste vak.

formele productie

informele productie

De buurman legt in zijn tuin een nieuw gazon aan.

De gemeentelijke plantsoenendienst maakt het park schoon. 

Een fabrikant maakt een nieuw model smartphone. 

Een timmerman beunt bij in de avonduren. 

Wat is kapitaalintensief?

1. Mensen doen vooral het werk.
2. Machines doen vooral het werk.

Hoe produceert een wijkverpleegkundige?

1. arbeidsintensief
2. kapitaalintensief

De vier productiefactoren zijn ...

Welke beloning hoort bij welke productiefactor?

Sleep de beloningen naar de juiste plek.

ondernemersschap

natuur

arbeid

kapitaal

salaris

rente

pacht

huur

winst

Waar is er op de
afbeelding sprake van?

1. Mechanisatie
2. Automatisering

Een machine om straten te leggen is...

1. Automatisering
2. Mechanisatie

Als een bedrijf mechaniseert,
zal de arbeidsproductiviteit .......

1. toenemen
2. afnemen

De arbeidsproductiviteit in een kapitaalintensief bedrijf zal vaak ....... dan in een arbeidsintensief bedrijf.

1. hoger
2. lager

Een bedrijfstak ......

1. geeft aan welke bedrijven in een productieweg voorkomen.
2. zijn alle bedrijven die eenzelfde soort product maken
3. zijn verschillende bedrijven in dezelfde bedrijfskolom
4. zijn de bedrijven waarmee een bedrijf handelt

In een bedrijfskolom loopt de .......
van boven naar beneden

1. goederenstroom
2. geldstroom

George zegt dat iemand die in deeltijd werkt een lagere arbeidsproductiviteit heeft dan iemand die fulltime werkt.

Klopt dat? Leg je antwoord uit.

Productiefactoren en de beloning

Om te produceren heb je productiefactoren nodig.

Iedere productiefactor heeft zijn eigen beloning.

Combineer de productiefactoren met de beloningen.

Arbeid

Kapitaal

Natuur

Ondernemerschap

Loon

Huur

Pacht

Winst

Rente

In een bedrijfskolom loopt de .......
van beneden naar boven

1. goederenstroom
2. geldstroom

Met welke van de vier P's heeft deze afbeelding te maken?

1. Prijs
2. Product
3. Plaats
4. Promotie

Met welke van de vier P's heeft deze afbeelding te maken?

1. Prijs
2. Product
3. Plaats
4. Promotie

Met welke van de vier
P's heeft deze
afbeelding te maken?

1. Prijs
2. Product
3. Plaats
4. Promotie