V3 Th6: reflexive & reciprocal pronouns

Leerdoel:
Na deze les weet je:
  • het verschil tussen reflexive pronouns & reciprocal pronouns;
  • hoe deze toe te passen in de juiste context;
  • het verschil in gebruik tussen "as" & "like".
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoel:
Na deze les weet je:
  • het verschil tussen reflexive pronouns & reciprocal pronouns;
  • hoe deze toe te passen in de juiste context;
  • het verschil in gebruik tussen "as" & "like".

Slide 1 - Slide

Reflexive & reciprocal pronouns
(wederkerende & wederkerige voornaamwoorden)
Read grammar 18 on p. 93.
Wat do you know about this?

Slide 2 - Slide

The girls helped ... to an extra piece of cake.
A
themselfs
B
themselves
C
theyselves
D
herself

Slide 3 - Quiz

They resemble ... .
A
themselves
B
-
C
each other
D
one another

Slide 4 - Quiz

The boy and girl kissed ... .
A
one another
B
himself
C
-
D
each other

Slide 5 - Quiz

Had je een of meerdere antwoorden fout, dan is het belangrijk dat je goed oplet bij de volgende uitleg.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Please continue at your own speed! You come back online 10 minutes before the end of class!

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Read grammar 19 on p. 93
Leerdoel:
Je weet het verschil in gebruik tussen "like" en "as".

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Beantwoord de volgende 3 vragen:
1) Wat ging goed/niet goed?
2) Waar moet jij aandacht aan besteden?
3) Waar heb jij hulp bij nodig?

Slide 17 - Open question

Homework: see also ITS
do for Friday, 19/3:

  • AB 22 t/m 28 (p. 37 - 41)

study:
  • TB voc. G, H & I (p. 96-97)
  • TB stone 18 (p. 92 & translations on ITSL)
  • TB grammar 18 & 19 (p. 93)






Slide 18 - Slide