1.4 Meten (kgt)

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

1.4 Meten

Lesdoelen

1) -Ik kan in eigen woorden uitleggen wat een aantal meetinstrumenten  zijn en waarvoor je ze gebruikt.

2) -Ik kan in eigen woorden uitleggen wat het verschil is tussen analoge en digitale meetapparatuur.

3) -Ik kan beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is.

4) -Ik kan enkele eenheden naar elkaar omrekenen.

Meten

DIGITAAL

Analoog

Gereedschap om te meten noem je ... meetapparatuur

1. wel
2. niet

Hoe warm het is meet je met een termometer

1. waar
2. niet waar

Met een liniaal meet je hoe lang iets duurt

1. waar
2. niet waar

weegschaal

stopwatch

Een meet-apparaat met wijzers noem je analoog

1. waar
2. niet waar

Een klok met cijfers in het scherm noem je

1. analoog
2. digitaal

Grootheid en eenheid

Grootheid= tijd
Eenheid= uur, minuut, seconde

Wat zijn andere voorbeelden van grootheid en eenheid?

Massa en volume

Massa= de hoeveelheid stof in gram of kg ->voorwerpen met een grote massa zijn zwaar

Volume= de ruimte die een vloeistof of voorwerp inneemt -> het volume meet je in liter (L) of milliliter (mL)

                  Huiswerk

Maak en leer blz. 23 t/m 30
(opdracht 1 t/m 15)