modal verbs

1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Planning for today
start with practising  irregular verbs 
10 minutes
explanation Modals (hulpww) 
10 minutes
practising modals 
10  minutes
recap tenses 
10 minutes
reflection 
5 minutes
Homework:  / study irregular verbs  / study modals  

Slide 2 - Slide

Modal verbs
Hulpwerkwoorden

Slide 3 - Slide

Modal verbs 
Om aan te geven dat je iets kan, moet, mag, zou moeten, niet mag, niet kan etc. etc. gebruik je modale hulpwerkwoorden oftewel modal verbs. 

Een modal verb in zijn eentje komt niet voor: er volgt altijd een ander werkwoord op. Je mag IETS niet, je moet IETS. Dat IETS geef je aan door een ander werkwoord. 

Slide 4 - Slide


Must, have to en should zijn alle drie hulpwerkwoorden en betekenen alle drie moeten. Toch hebben ze niet alle drie dezelfde betekenis van moeten. 

Slide 5 - Slide

Grammar: Modal Verbs
  • have to / has to:
- verplichting: een actie moet gedaan worden =>  You have to take your medication.
                                                                                                         Do I have to take my medication?
  • should:
-advies: het is verstandig om iets te doen, maar niet verplicht. => You should eat something.
                                                                                                                                          Should I eat something?
  • must:
- sterk advies/spreker vindt dat iets moet;het is niet verplicht. => She must go to the doctor.
                                                                                                                                         Must I go to the doctor?

Slide 6 - Slide

Modal verbs (hulpwerkwoorden)
Veranderen niet van vorm. Hele werkwoord komt er achter.

  • Should: advies, geen verplichting
  • Must: spreker verplicht zichzelf, advies: geen verplichting
  • Have to: verplichting

Slide 7 - Slide

Omdat het hulpwerkwoorden zijn, kan je ze nooit als enige werkwoord in de zin gebruiken. Er moet altijd een werkwoord bij. Hiervoor gebruik je altijd het hele werkwoord. 

Bijvoorbeeld: I'm hungry, I must eat something. 

In deze zin staat het hulpwerkwoord must en hebben we hele werkwoord eat er achter gezet.

Slide 8 - Slide

Modal verbs 
Wat
Have to, should en must
Wanneer
Om aan te geven dat iets gedaan moet worden. 
Hoe
Have to - wanneer iets gedaan moet worden
should- om advies te geven. (niet verplicht)
Must- Spreker vind zelf dat iets gedaan moet worden & iemand sterk aanraden iets te doen. 
Signaalwoorden
-
Voorbeelden
You should exercise to get more energy.
must go to bed early tonight. 
You have to drive at the right side of the road. 

Slide 9 - Slide

Modal verbs
Moet/noodzakelijk
Kan niet anders
Advies
Should
X
Must
X
X
Have to
X
"Must" is dwingender dan "have to"

Slide 10 - Slide

Choose the correct modal:
You ....................... do it, it's in the rules!
A
must
B
have to
C
should
D
could

Slide 11 - Quiz

Ik begrijp dit onderwerp
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll