H4: Nederland is een rechtsstaat. Deel 3

Vandaag: 
1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen?  1 min
2. De lesdoelen van deze les 1 min
3. Klassikale instructie: H4.3: De Rechtsstaat 20  min
4. Samenwerken 2min

5. Check-out: hoe zit je erbij?  1 min

1 / 25
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Vandaag: 
1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen?  1 min
2. De lesdoelen van deze les 1 min
3. Klassikale instructie: H4.3: De Rechtsstaat 20  min
4. Samenwerken 2min

5. Check-out: hoe zit je erbij?  1 min

Slide 1 - Slide

Samenvatten: Cornell-methode
Samen-vatting: 

Cornell-methode

Slide 2 - Slide

Leerdoel
- De 3 kenmerken van de Trias Politica benoemen en uitleggen.

- Uitleggen wat Klassenjustitie en pakkans betekenen.

- Uitleggen welke 3 oorzaken er zijn voor klassenjustitie

- Uitleggen waarom grondrechten kunnen botsen




Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Herhaling!
Wat was de Trias Politica ook alweer?? 
Niemand kan een rechter dwingen een verdachte schuldig te verklaren.
Hij is onafhankelijk en onpartijdig.
De regering (ministers + koning) en het gekozen parlement (eerste en tweede kamer).
ministers, OM, burgemeesters,

Slide 5 - Slide

Trias Politica
"Scheiding der drie machten":

1. Wetgevende macht
2. Uitvoerende macht
3. Rechterlijke macht
Niemand kan een rechter dwingen een verdachte schuldig te verklaren.
Hij is onafhankelijk en onpartijdig.
De regering (ministers + koning) en het gekozen parlement (eerste en tweede kamer).
ministers, OM, burgemeesters,

Slide 6 - Slide

De wetgevende macht
De wetgevende macht stelt de wetten vast waaraan de burgers en de overheid zich moeten houden. De regering (ministers) en het parlement (Eerste en Tweede Kamer) hebben de wetgevende macht.
Op lokaal niveau heeft de gemeenteraad de wetgevende macht.

Slide 7 - Slide

De uitvoerende macht
De uitvoerende macht zorgt ervoor dat wetten worden uitgevoerd en nageleefd. De ministers zijn hiervoor verantwoordelijk. Het Openbaar Ministerie en de politie werken samen met de minister van Veiligheid en Justitie om strafbare feiten op te sporen en te vervolgen.
vervolgen
een verdachte voor de rechter brengen.

Slide 8 - Slide

De rechterlijke macht
De rechterlijke macht beoordeelt of wetten goed worden nageleefd en doet uitspraak in conflicten. Deze macht is in handen van onafhankelijke en onpartijdige rechters. Hierdoor kunnen burgers vertrouwen op een eerlijk rechtsproces. 
Ze hoeven zich niet te verantwoorden aan ministers of andere politici.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Dit is de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht.
A
Grondwet
B
Trias Politica
C
Parlement
D
Kabinet

Slide 11 - Quiz

Tot welke macht behoren politieagenten?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht

Slide 12 - Quiz

Hoort bij de rechterlijke macht
A
Officier van justitie
B
Ministerie van Veiligheid en Justitie
C
Advocaat-generaal
D
Onafhankelijke rechters

Slide 13 - Quiz

In Nederland is sprake van een machtenscheiding. Bij welke macht hoort het Openbaar Ministerie?
A
rechterlijke macht
B
uitvoerende macht
C
wetgevende macht

Slide 14 - Quiz

Tot welke macht behoord de Tweede Kamer?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechtelijke macht
D
wetsprekende macht

Slide 15 - Quiz

Uitvoerende Macht
Wetgevende macht
Rechtsprekende macht

Slide 16 - Drag question

Criminaliteit
Hoofdstuk 4

Nederland is een rechtsstaat

Samen lezen: 4.3 blz. 42/43

Slide 17 - Slide

Ongelijke behandeling - rechtsongelijkheid
Klassenjustitie: mensen uit hogere klassen worden bevoorrecht boven mensen uit lagere klassen. Klassenjustitie vindt plaats bij opsporing, vervolging en berechting.


Slide 18 - Slide

Het dilemma
Rechtsbescherming en rechtshandhaving kunnen met elkaar botsen. 
Als de politie bijvoorbeeld op zoek is naar een verdachte, mag de naam en foto van de verdachte dan verspreid worden in de media? 
De vraag is dan: wat is belangrijker? Rechtsbescherming of rechtshandhaving? Dit noemen we het dilemma van de rechtsstaat.

Slide 19 - Slide

Botsende grondrechten
Vrijheid van meningsuiting <--> Artikel 1 (verbod op discriminatie)
Welke recht is dan belangrijker?

Slide 20 - Slide

Oorzaken van klassenjustitie
De feiten: 

- Door verschillen in inkomen, opleiding, scholing en cultuur hebben niet alle verdachte gelijke mogelijkheden om hun belangen te verdedigen.
- Politie, officieren van justitie en rechters verwachten dat crimineel gedrag voorkomt bij mensen uit bepaalde milieus of bepaalde etnische groepen. (vooroordelen/beeldvorming!)
- Er is een grote pakkans voor mensen uit lagere milieus (witteboordencrimi).
- Allochtone criminele jongeren worden zwaarder gestraft voor hetzelfde delict dan autochtone criminele jongeren.
- Allochtonen hebben te maken met discriminatie bij het opsporen van criminaliteit. 

Slide 21 - Slide

Wat is klassenjustitie?
A
Mensen uit hogere klassen worden bevooroordeeld
B
Mensen uit lagere klassen worden bevooroordeeld
C
Jongeren worden benadeeld ten opzichte van ouderen

Slide 22 - Quiz

Allochtonen worden veel vaker onterecht staande gehouden door de politie. Er is sprake van:
A
Klassenjustitie
B
rechtsgelijkheid
C
rechtszekerheid

Slide 23 - Quiz

De begrippen: 
  1. Klassenjustitie
  2. Pakkans
  3. Uitleggen welke 3 oorzaken er zijn voor klassenjustitie
  4. De 3 kenmerken van de Trias Politica benoemen en uitleggen 
  5. Uitleggen waarom grondrechten kunnen botsen

- Ik weet waarom mensen ongelijk worden behandeld en kan dit uitleggen

Heb je ze allemaal genoteerd? 

Slide 24 - Slide

Samenwerken
WAT:
Lees: H4.3 nog eens door. 

Maken: Vragen 4.3 blz. 43 en 19, 20 en 21
Thuis: Vragen af! 

Hoe:
Alleen of in je groepje
Tijd: 30 min 
Klaar: Verder met begrippen en samenvatting (heb je alles af?? Dan nakijken! )
timer
30:00
stoplicht op rood dan ben je stil
stoplicht op oranje: zachtjes overleggen
stoplicht op groen stil werken 

Slide 25 - Slide