Klinische redeneren en de SBAR

Klinische redeneren en de SBAR
1 / 17
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Klinische redeneren en de SBAR

Slide 1 - Slide

Wat is SBARR?
  • Situation (situatie): Je vertelt kort het probleem. Hoe is de  situatie.
  • Background (achtergrond): eventuele medicatie, allergieën,   voorgeschiedenis van de cliënt.
  • Assessment (beoordeling): Wat is jouw beoordeling van de situatie? Wat   denk je zelf wat er aan de hand is?
  • Recommendation (aanbeveling): Wat is jouw aanbeveling, wat wil je dat   er gebeurt?
  • Repeat (herhaal): Je herhaalt het antwoord van de arts om fouten te voorkomen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

S=Situation (situatie)
Hoe is de situatie waarover je belt?

Wat is jouw relatie tot de patiënt?
Vertel kort iets over het probleem. 

  • Bijvoorbeeld: 'Ik ben de Moniek, verpleegkundige van Mv. Jansen op de   afdeling Gynaecologie.  Ik maak mij zorgen om het bloedverlies van Mv.



Slide 4 - Slide

B=Background (achtergrond)
De opnamediagnose, lijst van medicatie, allergieën, laboratoriumuitslagen, vitale functies, eventuele voorgeschiedenis.

 

  • Bijvoorbeeld: 'Mv. Jansen is net spontaan bevallen en heeft nu veel         bloedverlies uit haar baarmoeder.  Haar bloedduk is 90/40, pols 100,   ademhaling 25 en temperatuur 37.5. Mv heeft een blanco   voorgeschiedenis

Slide 5 - Slide

A=Assesment (beoordeling)
Wat is de eigen beoordeling over de situatie? Wat denk je zelf wat er aan de hand zou kunnen zijn?

 



  •  Bijvoorbeeld: Ik denk dat de baarmoeder van Mv. Jansen niet goed   samentrekt (contraheert)

Slide 6 - Slide

R=Reccommendation (aanbeveling)
Wat is de aanbeveling van jou? Wat wil je dat er gaat gebeuren? Wil je dat de arts komt? Moet er medicatie gewijzigd worden?

  • Bijvoorbeeld: 'Ik denk dat ik medicatie moet toedienen om de baarmoeder te laten samentrekken en ik wil dat je  binnen nu en 10 minuten langs komt om de Mv. Jansen zelf te beoordelen.

Slide 7 - Slide

R=Repeat (herhaal).
 Herhaal het antwoord van de zorgverlener nog eens om zo eventuele fouten   te kunnen opsporen.

  •  Bijvoorbeeld: 'Dus als ik het goed begrijp vind je het goed dat ik   medicatie toedien om de baarmoeder te laten samentrekken en je komt   binnen nu en 10 minuten langs om Mv. Jansen te komen beoordelen!?

Slide 8 - Slide

Bij welke situaties kan de SBARR methode worden toegepast?
A
Bij een overdracht
B
Tijdens een multidisciplinair overleg
C
Bij een artsenvisite
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 9 - Quiz

De verpleegkundige vertelt de arts dat ze denkt dat de patiënt een nabloeding heeft. Dit past in de fase:
A
Situation
B
Background
C
Assesment
D
Recommendation

Slide 10 - Quiz

De verpleegkundige vertelt dat de patiënt bekend is met een stollingsstoornis. Welke fase is dit?
A
Situation
B
Background
C
Assessment
D
Recommendation

Slide 11 - Quiz

De verpleegkundige vraagt aan de arts of hij/zij alvast pijnstilling zal geven. Bij welke fase hoort dit?
A
Situation
B
Assesment
C
Reccomendation
D
Background

Slide 12 - Quiz

Waarom de SBARR?
Er wordt consequent informatie overgedragen:
 
  • Inhoud verbetert en de overdracht wordt korter (overdracht en slechte   communicatie = risicomoment).
  • Verpleegkundige wordt door stappenplan gedwongen eerst zelf de   situatie te analyseren.
  • Arts krijgt completer beeld; kan adequater reageren.
  • Kwaliteit van zorg en teamsamenwerking nemen toe.

Slide 13 - Slide

Voordelen SBARR:

  • eenvoudig communicatiemiddel.
  • veel gebruikt in Nederland.
  • geschikt voor meerdere  disciplines.
  • bevordert de samenwerking
  • voorbereiding mogelijk.
  • concrete overdracht gegevens
Nadelen SBARR:

  • nieuw communicatie middel.
  • bij acute situaties waarbij  de   patiënt snel achteruit gaat,   bijvoorbeeld verloskunde, SEH,   uitslaapkamer.
  • klinisch redeneren,
      dus niet inzetbaar voor alle                      disciplines. 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

CASUS
Je komt bij Mw. de Jonge op de kamer en ziet haar op de grond liggen. Ze komt versuft over. Ze is flink aan het transpireren en is ze trillerig. Mw. is bekend met Diabetes type 2 waarvoor ze 3x daags insuline spuit. Je meet de controle's: 
Bloeddruk (RR) 95-50. 
Pols 90          
Temperatuur 37.2. 
Ademhaling 18 
Bloedsuiker 2.3
Je belt de arts. 

timer
10:00

Slide 16 - Slide

Nu alles toepassen

Slide 17 - Slide