Les 2

1 / 37

Slide 1: Slide

GoederenhandelTertiary Education

This lesson contains 37 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Opdracht 1 (pag 35)

Slide 27 - Slide

1. Wat versta je onder inkoopsignaal?

Het is een teken op te kopen.

Slide 28 - Slide

2.Wat is in de praktijk meestal het signaal om artikelen in te kopen?

Wanneer op de voorraadkaart de aanwezige voorraad kleiner is dan de minimumvoorraad.

Slide 29 - Slide

3. Een onderneming brengt een offerte uit door midden van een mailing. Wat is de bedoeling hiervan?

Door mailing probeert een bedrijf meer artikelen te verkopen.

Slide 30 - Slide

4. Welke informatie moet een klant uit een offerte kunnen aflezen?

Een klant moet het volgende aflezen:

• De productspecificaties

• De prijs van het product

• De leverings-en betalingscondities

Slide 31 - Slide

5. Wat is het verschil tussen een standaardoffertes en zogenaamde afwijkende offerte (ook wel offerte op maat genaamd).

Bij standaardofferte zijn een groot aantal gegevens steeds hetzelfde en bij afwijkende

offerte (offerte op maat) niet.

Slide 32 - Slide

6. Wat is het nut van het gebruik van artikelnummers? (zie bestellijst voorbeeld 2).

Een artikelnummer:

• Is korter dan een omschrijving

• Kun je gemakkelijk sorteren en opzoeken

• Je kunt zien tot welke groep voorraad een artikel behoort

Slide 33 - Slide

7. Kijk eens naar de offerte die door Mike van Driel wordt aangevraagd. Motiveer od Mike hiermee wel of geen bestelling van artikelen doet.

Het is nog geen bestelling, er wordt alleen naar informatie gevraagd.

Slide 34 - Slide

8. Na ontvangst van de offerte volgt wel of geen bestelopdracht.

a. Geef drie (3) oorzaken waarom er geen bestelling zal worden gedaan.

b. Noem minimaal drie manieren waarop een eventuele bestelling gedaan kan worden.

8a. 3 oorzaken waarom je niet besteld:

Het aantal artikelen is niet te leveren;
Prijs is te hoog;
Artikelen kunnen niet op tijd worden geleverd.

8b.Een bestelling kan worden gedaan door:

Het versturen van een bestelopdracht;
Telefoonnet (fax, telefoon, email);
Een bezoek aan de showroom of het bezoek van de vertegenwoordigster.

Slide 35 - Slide

9. Wat is volgens jou het doel van een orderbevestiging?

Orderbevestiging: het is een bewijs dat jou order is ontvangen en uitgevoerd zal worden door de leverancier.

Slide 36 - Slide

Einde les vraag:

Slide 37 - Slide