6.1 Woonplaats en werkplaats (2025)

6.1: Woonplaats en werkplaats
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je iPad
  • Je schrift.
  • Pen en markeerstiften
1 / 31
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.1: Woonplaats en werkplaats
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je iPad
  • Je schrift.
  • Pen en markeerstiften

Slide 1 - Slide

Deze les:
  • Werkwijze van dit hoofdstuk
  • Aan de slag met het maken van de bouwopdrachten en verslag. 
  • Aan de slag: Lezen gedeelde lessonUp, lezen paragraaf 6.1 maken van vragen en het uitwerken van lesdoelen.
  • Afsluiten.

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les:
... kun je oorzaken noemen voor het ontstaan van steden.
... kun je uitleggen waar de steden ontstonden.
... kun je uitleggen waarom er weer marken ontstonden en hoe die uitgroeiden tot steden.
... kun je uitleggen wat een geldwisselaar was en waarom dit nodig was.
... weet je wat een gilde is en waarom dit belangrijk was in de middeleeuwen.
... weet je hoe de hanze werkte en wat dit te maken had met internationale handel.

Slide 3 - Slide

Werkwijze van dit hoofdstuk:
Twee onderdelen:
  • Uitwerken leerdoelen van het hoofdstuk in het leerdoelendocument dat in SOM staat bij Lesstof, sla dit document op in je OneDrive. De leerdoelen werk je uit door zelf de lessen in lessonUp te lezen en de opdrachten te maken. Het leerdoelendocument lever je aan het einde van het hoofdstuk in, dan worden ook de gedeelde lessen gecontroleerd. (geen cijfer)
  • Praktische opdracht bouw een middeleeuwse stad in Minecraft. (max. 4 personen per groep, cijfer telt 10% mee)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Inleverdata:
  • HV1C: Verslag: 19/06 Leerdoelen: 26/06
  • HV1B: Verslag: 17/06 Leerdoelen: 26/06
  • VA1B: Verslag: 19/06 Leerdoelen: 27/06

Slide 6 - Slide

Aan de slag:
Kies uit wat je nu in de les gaat doen en wat je thuis gaat doen:

  • Werken aan de bouwopdrachten
  • Werken aan het uitwerken van de leerdoelen (gedeelde les in lessonUp lezen en leerdoelen uitwerken)

Slide 7 - Slide

5.1: Woonplaats en werkplaats

Slide 8 - Slide

Wat voor soort samenleving had Europa in het tweede tijdvak?

Slide 9 - Open question

Dat betekende dat mensen.....

Slide 10 - Open question

In het vorige tijdvak (3) welke samenleving had Europa toen?

Slide 11 - Open question

Dat betekende dat mensen.....

Slide 12 - Open question

Hoe kwam het dat er geen steden meer waren?

Slide 13 - Open question

platteland en stad:
Vóór de tijd van steden en staten:
  • hofstelsel
  •  landbouwsamenleving
  •  grootste deel van de bevolking 
        was (horige) boer.
Leerdoel 1:

Slide 14 - Slide

platteland en stad:
Vanaf ongeveer het jaar 1000 veranderen er dingen:

  •  Boeren gaan moerasgebieden droogleggen door sloten te graven. Ook kapten ze bossen. Zo kwam er meer ruimte voor akkers.
  • Boeren gingen een andere ploeg gebruiken.

gevolg: Grotere oogst, meer voedsel, mensen leven langer, bevolking groeit.
Leerdoel 1:

Slide 15 - Slide

platteland en stad:
Boeren gaan hun landbouwoverschot verkopen, dit doen ze op markten. 

  • knooppunten van land- en waterwegen.
  • bij een kasteel of een klooster

Hierdoor groeit de handel.
Leerdoel 1:

Slide 16 - Slide

platteland en stad:
De groeiende landbouwproductie had ook uitbreiding van de nijverheid tot gevolg. Door de groei van de bevolking kon een deel van de boeren ander werk gaan doen, bijv. een ambacht uitoefenen.
Leerdoel 1:

Slide 17 - Slide

platteland en stad
handelaren en ambachtslieden gingen steeds vaker bij een markt wonen, zo groeiden marktplaatsen vaak uit tot steden.

Dit noemen we verstedelijking
Leerdoel 1:

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

De geldeconomie:
vraag: wat iemand wil kopen.
aanbod: wat iemand wil verkopen.

Door de opkomst van de handel gingen mensen weer geld gebruiken. Elke stad, koning of hertog kon zijn eigen munten maken. Hierdoor waren er geldwisselaars waar je munten kon ruilen. Ook ontstonden er in deze tijd banken.

Leerdoel 2:

Slide 23 - Slide

Ambacht: producten maken met de hand

Slide 24 - Slide

Samenwerking in de nijverheid:
Een ambachtsman mag niet zomaar in een stad gaan wonen en daar produceren en verkopen wat hij wilde. Hij moest daarvoor lid zijn van een gilde.

Gilde: vereniging van mensen met hetzelfde beroep.
Leerdoel 3:

Slide 25 - Slide

Wat doet een Gilde?
  • Samenwerken om op te komen voor de belangen van de eigen groep.
  • bepalen van werktijden.
  • bepalen van prijzen.
  • controleren van de kwaliteit van producten.
  • Beroepsopleiding, je mag pas na een meesterproef zelf een bedrijf starten.
Leerdoel 3:

Slide 26 - Slide

Wat doet een Gilde?
  •  Zorgen voor bejaarde en zieke leden en voor de weduwen van gestorven meesters.
  • Organiseren van feesten, kerkelijke bijeenkomsten en begrafenissen.
Leerdoel 3:

Slide 27 - Slide

Bestaat er nu nog iets wat lijkt op een gilde?

Slide 28 - Open question

Internationale handel
de Hanze: verbond tussen handelssteden aan de Oostzee en Noordzee.

  • geen tol vragen aan elkaar.
  • samen strijden tegen vijanden, zoals piraten.
  •  vorsten overhalen tot het beschermen van handelaren en om geen tol te heffen.


Leerdoel 4:

Slide 29 - Slide

Internationale Handel:
Noord- Europa: bont, vis, graan, textiel (laken) en zout.
Zuid- Europa: wijn, zout, zuidvruchten zoals dadels, parfum en specerijen.
Leerdoel 4:

Slide 30 - Slide

Uitwerken leerdoelen:
  • Werk nu de leerdoelen uit in je leerdoelendocument.
  • Lukt het je nog niet om alles uit te werken? Lees dan paragraaf 6.1 uit je boek door. 

Slide 31 - Slide