Hoofdstuk 18 - groepen en groepskenmerken

Groepen en groepskenmerken
1 / 27
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 3

This lesson contains 27 slides, with text slides.

Items in this lesson

Groepen en groepskenmerken

Slide 1 - Slide

Begeleiden van Groepen
18.1 Inleiding
18.2 Begeleiden van groepen
18.3 Groepsprocessen
18.4 Inspelen op de groepsontwikkeling
18.5 Sfeer

Praktijksituatie boek doornemen en inleiding.

Slide 2 - Slide

18.2 Begeleiden van groepen. 
Wanneer functioneert een groep goed?
  1. Er een duidelijke structuur is, waarbij alle groepsleden zich prettig voelen.
  2. Alle groepsleden achter de doelstellingen van de groep staan.
  3. Groepsleden het eens zijn met de regels voor gedrag (form/inf)
  4. Groepsleden de individuele verschillen tussen groepsleden accepteren.
  5. Groepsleden tevreden zijn over hoeveel inspraak zij hebben in de dagelijkse gang van zaken.
  6. Groepsleden zich kunnen vinden in de rolverdeling binnen de groep.
  7. Groepsleden de invloedsverdeling binnen de groep accepteren.
  8. Er een open communicatie tussen de groepsleden bestaat.
  9. Groepsleden elkaar onderling vertrouwen.
  10. Zorgverleners/begeleiders en groepsleden goed op elkaar zijn afgestemd. 




Slide 3 - Slide

18.2 Begeleiden van groepen. 
Wanneer functioneert een groep goed?
Wanneer functioneert een groep goed?


Slide 4 - Slide

18.3 en 18.4 | Groepsprocessen en ontwikkeling
Bruce Tuckman - stadia groepsontwikkeling

  1. Vormfase
  2. Stormfase
  3. Normfase
  4. Prestatiefase
  5. Afscheidsfase

Slide 5 - Slide

Vormfase

Slide 6 - Slide

Stormfase

Slide 7 - Slide

Normfase

Slide 8 - Slide

Prestatiefase

Slide 9 - Slide

Afscheidsfase

Slide 10 - Slide

Wat is jouw invloed?
Als beroepskracht MZ dien je de fasen in de ontwikkeling van een groep te herkennen en er gebruik van te maken! 

Bijvoorbeeld:
In de vormfase (fase 1) is het handig om afspraken met de groep te maken, zorg voor duidelijkheid en structuur.
In de stormfase (fase 2) is het belangrijk alert te zijn op de sfeer in de groep en zo nodig bij te sturen. Cliënten daarin bewust maken van zijn/haar rol en het groepsproces bespreekbaar maken. Het kan natuurlijk altijd anders verlopen, de groep blijft in ontwikkeling.

Kijk terug naar de andere fases. Hoe kun jij daar invloed op uitoefenen als begeleider?


Slide 11 - Slide

18.5 Wanneer spreek je van een goede sfeer in de groep?

Leefklimaat

Sfeer wordt ervaren via de zintuigen. Wie kan mij dit uitleggen?

Slide 12 - Slide

Wanneer spreek je van een goede sfeer in de groep?
Welke invloed heb jezelf?
(negatief of positief)

Welke invloed kunnen momenten gebeurtenissen hebben in een werkdag?

Slide 13 - Slide

Opdrachten
8.18 -  1 t/m 8


Slide 14 - Slide

Van de straat
https://www.npo3.nl/van-de-straat/28-04-2015/WO_NCRV_827086

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Groepen en groepskenmerken

Slide 17 - Slide

Begeleiden van Groepen
18.6 Stimuleren interactie
18.7 Betrokkenheid stimuleren
18.8 Individuele aandacht geven
18.9 Omgaan met conformisme
18.10 Overzicht houden

Slide 18 - Slide

Begeleidingsaspecten
Inspelen op de groepsontwikkeling
Zorgen voor een goede sfeer
Stimuleren van interactie
Stimuleren van betrokkenheid
Geven van individuele aandacht
Omgaan met conformisme
Overzicht houden

Slide 19 - Slide

18.6 Stimuleren interactie
Bij het stimuleren van de interactie tussen groepsleden is het nodig dat je zicht hebt op de communicatiestructuur in de groep.


Communicatiestructuur
Een onzichtbaar netwerk van lijnen waarlangs groepsleden met elkaar communiceren.

Slide 20 - Slide

Wielstructuur
Sterstructuur

Slide 21 - Slide

18.7 Betrokkenheid stimuleren 
Een groep is pas een prettige, fijne groep als groepsleden zich betrokken voelen bij elkaar. 

Je kunt betrokkenheid stimuleren door:
Zelf het goede voorbeeld te geven door interesse en betrokkenheid te tonen.
Cliënten attent te maken op elkaars interesses of ervaringen (respectvol).
Het doen van groepsactiviteiten, dat verhoogt het wij-gevoel in de groep. Onderlinge contacten groeien vaak spontaan tijdens spel en activiteiten.


Slide 22 - Slide

18.8 Individuele aandacht geven 
Zonder individuele aandacht is het niet mogelijk je in een groep prettig te voelen. Wie kan mij dit uitleggen?

Individuele aandacht zorgt voor een gevoel van tevredenheid en acceptatie (compliment geven, luisterend oor bieden, interesse tonen etc.)

Cliënten verschillen in de mate waarin ze behoefte hebben aan aandacht en de manier waarop ze het liefste aandacht krijgen!  
Ga dus uit van de individuele behoefte van de cliënt, ook bij het werken met een groep! Observeer.



Slide 23 - Slide

18.9 Omgaan met conformisme
Wie weet nog wat conformisme is?
Conformisme heeft een functie! Het draagt bij aan het bereiken van het groepsdoel en verhoogt de groepscohesie. Wat is dat ook alweer? 

Je kunt als individu opgaan in de groep, je deelt verantwoordelijkheden.
De groep zal proberen de afwijkers te overtuigen van hun ongelijk. Niet elk groepslid wordt hard aangepakt bij non-conformistisch gedrag: dat ligt aan de plek die iemand inneemt in de groep. 
Wie kan mij dit uitleggen?

Als beroepskracht MZ moet je goed kijken naar de mate waarin groepsleden zich aanpassen aan anderen en of dit vrijwillig gebeurt. Bevraag en corrigeer!

Slide 24 - Slide

18.10 Overzicht houden
Wanneer je mensen in een groep begeleidt, is het nodig om overzicht over de groep te houden. Als je geen enkel overzicht heb, dan heb je geen idee wat er gaande is. 

Je kunt dan niet beoordelen:
  • Of jij als beroepskracht MZ de juiste dingen doet.
  • Of er ongewenste dingen gaande zijn.
  • Of jij als beroepskracht MZ op de juiste manier ingrijpt als dat nodig is.

Wat gebeurt er bijvoorbeeld als een docent te weinig overzicht heeft? 



Slide 25 - Slide

Tips
Tips voor het krijgen en houden van overzicht:
  • Hanteer duidelijke regels.
  • Grijp in als een cliënt zich niet aan de regels houdt.
  • Heb aandacht voor positief gedrag en complimenteer.
  • Houd je ogen en oren open (wie zit naast wie, wie vermijdt wie, wie luistert naar wie etc. De groepsprocessen in kaart brengen!).
  • Leer snel te schakelen tussen iets opmerken en daar iets mee te doen. 


Overzicht houden is iets wat je moet leren! 



Slide 26 - Slide

Opdrachten
Thema 8 - Licentie Groepsprocessen

8.17 af hebben
8.18 af maken

Praktijksituatie - klassikaal maken en bespreken. 
  • Rick verhuist naar een woonbegeleidingscentrum

Test je kennis 
  • Groepen en groepskenmerken 
  • Cliënten in groepen begeleiden



Slide 27 - Slide