h 5 aanwijzend vnw, bijwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Aanwijzend voornaamwoord

Voorbeeld aanwijzende voornaamwoorden


   


 

• Deze
• Die
• Dat
• Dit
• Zulke
• Hetzelfde
  

Voorbeeld

• Deze pennen koop ik bij de Hema.
  
• Die leraar komt iedere dag op de fiets naar school.
• Dat meisje staat iedere dag vroeg op.
• Dit spelletje vind ik erg leuk om te spelen.
• Zulke boeken lees ik in alleen in de vakantie.
  

Bijwoord

Een bijwoord is een woordsoort met drie functies:

- het is een bijwoordelijke bepaling in één woord

- het zegt iets over een bijvoeglijk naamwoord of ander bijwoord

- het zegt iets over een werkwoord

LET OP!!!!!

HET BIJWOORD LIJKT VAAK EEN BN, MAAR IS DAT NIET.

HET ZEGT NAMELIJK NIETS OVER EEN ZELFSTANDIG NAAMWOORD.

Wat is in deze zin het bijwoord?
Daar woont de chirurg.

1. woont
2. de
3. daar
4. geen bijwoord

Wat is in deze zin het bijwoord?
Hij heeft de deur mooi geverfd.

1. mooi
2. geverfd
3. Hij
4. heeft

Die goede speler kan goed schaken.

1. goede = bijwoord goed = bijwoord
2. goede = bijwoord goed = bijvoeglijk nw.
3. goede = bijvoeglijk nw. goed = bijwoord
4. goede = bijvoeglijk nw. goed = bijvoeglijk nw.

Dat is een moeilijke opdracht.
Moeilijke?

1. Bijvoeglijk naamwoord
2. Bijwoord

Misschien doe ik het.
Misschien?

1. Bijvoeglijk naamwoord
2. Bijwoord

Wat is het bijwoord in deze zin?

De beste spelers van VVV schieten de bal hard

1. hard
2. beste
3. VVV
4. er zit geen bijwoord in deze zin

Inhoud

Maak de volgende opdrachten:

8

11

14 ( zie schema blz. 259)

Herhaling nodig? : 13