Havo 2: naamwoordelijk gezegde

zinsdelen: ontleden
Herhaling
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

zinsdelen: ontleden
Herhaling

Slide 1 - Slide

Van der Dam / heeft / 2K2 / een online les / gegeven. 
Van der Dam heeft een online les gegeven. 
Van der Dam heeft 2K2 een online les gegeven
Van der Dam heeft 2K2 een online les gegeven. 
Van der Dam heeft 2K2 een online les gegeven. 
Van der Dam heeft 2K2 een online les gegeven. 
werkw. gezegde
onderwerp
persoonsvorm
zinsdelen
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp

Slide 2 - Drag question

Martijn, de beste leerling uit de klas, had een tien voor zinsontleden.

In bovenstaande zin is “Martijn” het onderwerp.

A
Juist
B
Niet juist

Slide 3 - Quiz

Koppelwerkwoorden
ZWABBELS 

Slide 4 - Slide

Even oefenen
Microfoon aan: noem de koppelwerkwoorden!

Slide 5 - Slide

De baby is groot geworden.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 6 - Quiz

En nu in een hele zin

Slide 7 - Slide

Mijn vader is op zijn studeerkamer

pv =

ow =

wg/ng =

lv =

mv =

bwb =



Slide 8 - Slide

Mijn vader is op zijn studeerkamer
pv = is
o = mijn vader
wg = is  ("is" koppelt hier geen eigenschap aan het onderwerp, dus geen kww)
lv = -
mv = -
bwb = op zijn studeerkamer (waar?)


Deze zin heeft dus geen naamwoordelijk gezegde. Een naamwoordelijk gezegde neemt een toestand of eigenschap van het onderwerp aan.


Slide 9 - Slide


TOP GEWERKT!
Heb je de stof begrepen ?

A
HEEL GOED
B
GOED
C
REDELIJK
D
NIET GOED

Slide 10 - Quiz

Meer oefenen:
https://www.cambiumned.nl/theorie/grammatica/zinsdelen/gezegde/

Slide 11 - Slide