08. Redeneren

Denk je dat, of weet je dat?
Over logisch denken en onlogisch overtuigen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Denk je dat, of weet je dat?
Over logisch denken en onlogisch overtuigen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
Startvraag: klopt dit wel?
Wat is redeneren eigenlijk?
Oneerlijke trucjes
Leesfragment 
Jouw denkfouten
Afsluiting

Slide 2 - Slide

Wakker worden:
Iedereen uit A2X is druk, want vorige week gooide iemand een prop papier door de klas.
Dit is logisch
Dit is niet logisch

Slide 3 - Poll

Hoe zit dit in elkaar?

– Eén gebeurtenis vorige week→ hele klas druk
– Geen controleerbaar feit, maar een oordeel
– Geen echte oorzaak, maar een aanname

Slide 4 - Slide

Wat is redeneren eigenlijk?
Redeneren = denken in stappen

– Alle mensen zijn sterfelijk
– Socrates is een mens
– Dus Socrates is sterfelijk

Slide 5 - Slide

Wat is redeneren eigenlijk?
Redeneren = denken in stappen

– Alle mensen maken fouten
– Mijn docent maakte deze les geen fouten
– Dus mijn docent was deze les geen mens

Slide 6 - Slide

Oneerlijke denkfouten
Cirkelredenering
– “Hij heeft gelijk, want hij zegt het zelf.”
Overhaaste generalisatie
– “Eén meisje uit A2Y is vervelend, dus die klas is vreselijk.”
Valse oorzaak
– “Sinds ik andere schoenen draag, haal ik onvoldoendes.”
Ad hominem (op de persoon spelen)
– “Wat weet jij nou van voetbal, je bent een meisje.”

Slide 7 - Slide

Leesblokje

Slide 8 - Slide

Wat is een deductieve redenering?
A
Je trekt een conclusie op basis van herhaalde ervaringen
B
Je trekt een algemene conclusie uit een specifiek voorbeeld
C
Je laat je redenering afhangen van je gevoel
D
Je gaat van een algemene regel naar een specifieke conclusie

Slide 9 - Quiz

Welke van de onderstaande uitspraken is een voorbeeld van een ad hominem-drogreden?
A
“Ik denk dat we beter een andere route kunnen nemen.”
B
“Jij kunt dat niet weten, want je bent pas 13”
C
“Alle vogels kunnen vliegen, dus ook pinguïns.”
D
“Hij is de leider omdat hij de baas is.”

Slide 10 - Quiz

Wat bedoelde David Hume toen hij kritiek gaf op inductie?
A
Dat het verleden geen garantie is voor de toekomst
B
Dat je nooit iets kunt bewijzen met logica
C
Dat gevoel belangrijker is dan denken
D
Dat mensen altijd foute conclusies trekken

Slide 11 - Quiz

Persoonlijke reflectie (stil werken)
Beschrijf een moment waarop je iemand iets hoorde zeggen dat klonk als een goed argument, maar waarvan je later dacht: dit klopt helemaal niet.

Of:
Beschrijf een moment waarop jij zelf iets riep dat lekker klonk, maar wat eigenlijk nergens op sloeg.
timer
1:00

Slide 12 - Slide

Waarom redeneren respectvol is

– Wie liegt of verdraait, probeert te winnen – niet te begrijpen
– Goed redeneren is dus een vorm van eerlijkheid
– Twijfel is geen teken van zwakte, maar van denken

Slide 13 - Slide

Afsluiting:
Vul aan: een denkfout die ik vaak maak is…

Slide 14 - Open question

De volgende keer dat iemand iets roept, wil ik eerst…

Slide 15 - Mind map

Einde
Socrates stelde alleen maar vragen. Als iemand zei: “Moed is nooit bang zijn”, dan vroeg hij: “Maar is het ook moedig als je domweg geen gevaar ziet?”
En als iemand zei: “Wijsheid is veel weten”, dan vroeg hij: “Maar als je veel onzin weet, ben je dan wijs?”
Uiteindelijk zei Socrates: “Ik weet dat ik niets weet.” En dat was misschien wel de verstandigste uitspraak ooit.

Slide 16 - Slide