T4 taaldorp (generale repetitie)

bienvenue à Villangues
à la boulangerie
au marché
à la pharmacie
au camping
1 / 17
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

bienvenue à Villangues
à la boulangerie
au marché
à la pharmacie
au camping

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

deze les nodig:

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Bonjour, bienvenue au camping Bellevue! Je peux vous aider?

C'est possible. C'est pour combien de personnes?
Pour combien de nuits?
J'ai emplacement numéro 45 pour vous
Quel est votre nom?
Vous habitez où?
Je peux avoir votre numéro de téléphone?
Vous avez encore des questions?

draai het rad (Bookwidgets, zie Classroom) en zeg waarvoor je een kampeerplek wilt reserveren
zeg het aantal personen

zeg het aantal nachten
bedank
noem je naam
zeg waar je woont (land, woonplaats en adres)
noem je telefoonnummer (tientallen!)
bekijk op het gedraaide rad welke vraag je moet stellen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

À la boulangerie
Bonjour, vous désirez?
           De klant bestelt 4 croissants
Voilà, et avec ça?
           De klant bestelt ook 2 stokbroden
Et avec ça?
          De klant neemt ook nog iets lekkers mee voor de lunch/                      koffie (hij verzint zelf iets)
Ça fait dix euros cinquante, s’il vous plaît
          De klant vraagt of hij kan pinnen, of betaalt contant
(bij de vraag om pinnen:) Oui, bien sûr.
Merci, bonne journée
          De klant bedankt en groet terug

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Au marché

Bonjour, je peux vous aider?
            De klant bestelt een product voor de salade
Et avec ça?
            De klant bestelt nog een product
Voilà, (herhaal het product dat besteld is, bijv. un kilo de tomates)
             De klant bestelt nog een product (in totaal bestelt de klant: sla, tomaten,                       kaas, olijven, komkommer en een stokbrood).
(Als de klant vraagt: ‘Vous avez aussi ...’, reageer je met ‘bien sûr, vous voulez combien de ...?’)
Ça sera tout?
           De klant zegt dat dit alles is en vraagt wat het kost
Ça fait 10 euros 35, s’il vous plaît
           De klant betaalt, bedankt en groet


Slide 10 - Slide

Oefen online in tweetallen de 6 situaties in Quizlet (flashcards)
Oefen in de klas in tweetallen de 6 situaties m.b.v. de spreek-kaarten

Slide 11 - Slide

Speel de situatie samen uit!
(wie?)
de rest beoordeelt op:
- uitspraak
- vloeiendheid
- correcte zinnen

Slide 12 - Slide

Leerdoelen taaldorp:
Ik kan een campingplek reserveren en vragen stellen over de camping

Slide 13 - Poll

Leerdoelen taaldorp:
Ik kan dingen kopen op de markt of bij een bakker

Slide 14 - Poll

Leerdoelen taaldorp:
als ik ziek ben, kan ik bij de apotheek vragen om hulp

Slide 15 - Poll

huiswerk volgende taaldorples:
Oefen alle situaties m.b.v. Quizlet 
(camping, boulangerie/ marché, pharmacie)

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide