les 1 Hygiëne in de zorg


Werken in een zorginstelling
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 3,4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson


Werken in een zorginstelling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions


Een nieuw onderwerp:

'werken in een zorginstelling'


  • hygiëne
  •  protocollen
  • handelingen in de zorg (temperaturen, de was verzorgen, bed verschonen etc.)
  • begrippen uit de zorg
  • bezoek buiten de school

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hygiëne

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

                                   

     
     Lesdoelen
     Aan het eind van de les kun je:

  • uitleggen wat hygiëne is
  • uitleggen waarom hygiëne belangrijk is
  • benoemen welke manieren van besmetting er zijn


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Waarom is hygiëne belangrijk?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions


DOEL

Door de juiste hygiëne regels te volgen probeer je 
de kans op het overdragen van bacteriën te verkleinen =
schoon en netjes werken

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Via welke manieren kun je bacteriën overdragen?

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Manieren van besmetting

  • de huid 
  • de luchtwegen 
  •  het maag-darmkanaal 
  • de bloedbaan 
  • de slijmvliezen van de geslachtsdelen 

Kun je hier voorbeelden van noemen?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

                  




             Noteer welke fouten de zorgverlener maakt in het volgende filmpje.
                                    

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

Wat gaat hier mis? 


Hoe kan een zorgvrager worden besmet?



  • Direct contact: van de ene op de andere persoon.
  • Indirect contact: door een besmette bron  (bijvoorbeeld ...................)



Slide 11 - Slide

This item has no instructions

                      
                    
     Voorbeelden van hygiëne zijn: 

  • Handen wassen
  • Schoonmaken van plekken die je vaak aanraakt
  • .......

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wanneer was je je handen?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions


Je wast je handen:

  • voordat je eten aanraakt en ná het aanraken van rauw vlees
  • nadat je naar de wc bent geweest
  • als je snot, bloed, speeksel of braaksel hebt aangeraakt (hoesten, niezen, snuiten)
  • als je kunt zien dat je handen vies zijn
  • na contact met huisdieren
  • na schoonmaken
  • in de zorg: kamer in, kamer uit + voor schoon, na vies

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions



Sieraden....


Geen: horloges, kettingen, armbanden, grote oorbellen, ringen etc. 

Geen: nagellak, nep nagels

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Handen wassen
  • Maak duo's
  • Ga per duo naar een wasbak in het lokaal
  • Haal trainingslotion bij je docent
  • De één wast zijn/haar handen zoals we gezien hebben in het filmpje
  • De ander observeert en geeft feedback
  • Wissel de rollen om
  • Test (door docent)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions





Hoe schoon zijn jouw handen?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je geleerd?
(Zijn de doelen bereikt?)

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

                                   

     
     Lesdoelen: 

  • Wat is hygiëne?
  • Waarom is hygiëne belangrijk?
  • Welke manieren van besmetting zijn er?


Slide 20 - Slide

This item has no instructions