• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Formuleren H6 NN1V

Online
- Kijk jouw antwoorden van de Diatekst leesopdracht na
- Reflectie op schrijfopdracht spannend verhaal schrijven (als je dit nog niet gedaan hebt)
- Maak de opdrachten van de Planning Formuleren H6 

1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Online
- Kijk jouw antwoorden van de Diatekst leesopdracht na
- Reflectie op schrijfopdracht spannend verhaal schrijven (als je dit nog niet gedaan hebt)
- Maak de opdrachten van de Planning Formuleren H6 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen (vandaag en morgen)
- Je leert over lastige verwijswoorden
- Je leest in je leesboek

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
- Instructie voor de leerlingen die online werken (5 min)
- Welkom en mededelingen: beterspellen.nl  (5 min)
- Terugblikquiz: trappen van vergelijking en als/dan (10 min)
- Uitleg: Formuleren: trappen van vergelijking (10 min)
- Zelfstandig werken / Resultaat Diatoets bespreken

Slide 3 - Slide

Terugblik

Slide 4 - Slide

Formuleren H5 lastige verwijswoorden
hen / hun
wat / dat
waar + voorzetsel / voorzetsel + wie

Slide 5 - Slide

verwijswoorden
wijzen terug naar iets dat eerder genoemd is. 

Voorbeelden: hij, zij, deze, die, dit, dat, hem, haar enzovoort

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Dat of wat?

Wat gebruik je wanneer je verwijst naar:
- dat, datgene
- alles, iets, niets, het enige
- overtreffende trap (mooiste, leukste, spannenste)
- hele zin

Slide 9 - Slide

Waar + voorzetsel of voorzetsel + wie
Naar dieren en dingen verwijs je met daar/waar + voorzetsel (waarmee, waarvan) 
naar mensen met voorzetsel + wie (met wie, van wie).

Slide 10 - Slide

–Het boek waarover je laatst vertelde, heb ik inmiddels ook gelezen.
– De klasgenote met wie ik het liefst samenwerk, heet Anouk.

Slide 11 - Slide

De jongen waarvan/ van wie deze mountainbike is, woont verderop in de straat.

Slide 12 - Slide

Anja noteert hen/hun op de lijst.

Slide 13 - Slide

Ik geef hen/hun een compliment

Slide 14 - Slide

Het mooiste dat/wat ik ooit gezien heb.

Slide 15 - Slide

Het boek dat/wat in je koffer zit.

Slide 16 - Slide

Lidwien eet nooit groente of fruit, dat/wat heel ongezond is.

Slide 17 - Slide

Aan de slag
Maak de opdrachten van de Planning Lastige verwijswoorden (online Nieuw Nederlands) of maak opdracht 1, 2 en 4 uit je boek (blz. 182/183)

Slide 18 - Slide

More lessons like this

Lastige verwijswoorden

March 2022 - Lesson with 17 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Lastige verwijswoorden H6

January 2023 - Lesson with 14 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Meewerkend voorwerp en lastige verwijswoorden

January 2021 - Lesson with 29 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Uitleg: zinsontleding, lastige verwijswoorden en trappen van vergelijking

June 2020 - Lesson with 34 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Lastige verwijswoorden

February 2024 - Lesson with 19 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

1 h/v : Herhalen Formuleren H1-6

May 2021 - Lesson with 19 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

1a en 1b - 2 juni

June 2023 - Lesson with 26 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Herhalen Formuleren H1-6

November 2021 - Lesson with 18 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings