A visit to the doctor

• Engels
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 2,3

A visit to the doctor

Today:

- I know some words and sentences I can use
when I have to go to a doctor.

00:19

Translate: stomach ache

1. hoofdpijn
2. oorpijn
3. keelpijn
4. buikpijn

00:33

allergisch voor=

1. allergic for
2. have allergy for
3. allergic to
4. have allergy to

01:00

Wat betekent:

I had to eat it

1. Ik moet het eten.
2. Ik moest het wel eten.
3. Ik heb het gegeten.
4. Ik wilde het eten.

01:19

Wat mag meneer niet eten?

1. bread
2. water
3. rice
4. cheese

02:15

Hoe zeg je:

Het heeft niet echt geholpen.

1. It really helped much.
2. It doesn't really help much.
3. It didn't really help much.
4. It haven't really helped much.

02:53

Wat is het advies van de dokter?

1. Een dag in bed blijven
2. Ong. 2/3 dagen in bed blijven.
3. Meer dan 2/3 dagen naar bed gaan.
4. Geen van de antwoorden is juist.

03:09

Waarom krijgt de man geen antibiotica?

1. helpt niet bij bacteriën
2. er zijn geen medicijnen voor
3. helpt niet bij een virus
4. geen van deze antwoorden is juist

03:41

Hoe vaak moet de man de medicijnen nemen?

1. 3 x per dag
2. elke 3 uur
3. 4 x per dag
4. elke 4 uur

03:53

Hoe vraag je om een recept?

1. recipe
2. receipt
3. prescription
4. description

How did you do?

1. Very well. I know a lot of English words and sentences
2. Well, I could answer most questions but I have to practise speaking in full sentences.
3. Okay! Hmm, I need to practise before I have the speaking test.
4. I need to practice more and better.