Het persoonlijk voornaamwoord - lijdend voorwerp

• Nederlands
• ISK

Welkom P1B

Hij belt zij.

Zij belt wij.

Ik verv de deur.

Hij verhuizt naar Rotterdam.

Grammatica

-werkwoorden met een speciale spelling

- persoonlijk voornaamwoord als lijdend voorwerp

Lesdoel

Jullie gaan leren:

- werkwoorden met een speciale spelling

- over het lijdend voorwerp.

Ik reis- wij reizen

werkwoorden met een speciale spelling 

een persoon -s

Ik reis, jij/u reist, hij/zij reist

meer personen -z

Wij reizen, jullie reizen, zij reizen 

Ik geef, wij geven

werkwoorden met een speciale spelling 

een persoon -f

Ik geef, jij/u geeft, hij/zij geeft

meer personen -v

Wij geven, jullie geven, zij geven 

Hij (verliezen) de wedstrijd.

De leerling (verhuizen) naar Dordrecht.

De jongen (blijven) thuis.

De moeder (proeven) het eten.

Het lijdend voorwerp

Wie - werkwoord- wie

Ik hou(d) van jou.

Jij houdt van mij. 

Enkelvoud

(Ik) Jij belt mij

(Jij/u) Ik bel jou/ Ik bel u

(Hij) Ik bel hem.

(zij) Ik bel haar. 

Meervoud

(Wij) Jij belt ons

(Jullie) Ik bel jullie

(Zij) Ik bel hun/ze

Ik
Jij belt...

Jij
Ik bel ...

U
Ik bel ...

Hij
Ik bel ...

Zij
Ik bel ...

Wij
Ik bel...

Jullie
Ik bel ...

Zij (meervoud)
Ik bel...

Aan de slag!

Maken opdrachten stencil.

Klaar? Oefenen met werkwoordspelling.