NL werkwoordspelling

Werkwoordspelling
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat weet je al over Werkwoordspelling?

Slide 4 - Open question

Maken - Verleden tijd

Ik ... mijn huiswerk.
A
Maakte
B
Maak
C
Maakde
D
Maakten

Slide 5 - Quiz

Schrijf het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.

De werkster (schrobben) alle vloeren.

Slide 6 - Open question

De regel van 't ex- kofschip is voor..
A
spelling van werkwoorden in VT
B
spelling van werkwoorden in TT
C
spelling van zelfstandige naamwoorden
D
spelling van alle woorden

Slide 7 - Quiz

't eX-KoFSCHiP
Werkwoorden die je vervoegt met -te(n)
Werkwoorden die je vervoegt met -de(n)
kletsen
Plakken
Lijmen
Wachten
Blozen
Weigeren

Slide 8 - Drag question

't ex-kofschip
Hij heeft in zijn leven veel ....
A
gereist
B
gereisd
C
gerijst
D
gerijsd

Slide 9 - Quiz

wat heb je geleerd?

Slide 10 - Open question