Verzorging INTRODUCTIE

WELKOM BIJ VERZORGING!
1 / 34
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

WELKOM BIJ VERZORGING!

Slide 1 - Slide

Mijn naam is...
Mevrouw Martens!

quizje om mij beter te leren kennen?

Slide 2 - Slide

Ik ben.... hoe oud!?
A
23
B
33
C
43
D
53

Slide 3 - Quiz

Ik geef de vakken Verzorging én....
A
Aardrijkskunde
B
Geschiedenis
C
Wiskunde
D
Biologie

Slide 4 - Quiz

Ik heb....
A
1 Teckel en 1 Kind
B
2 Teckels en 2 Kinderen
C
Een kat en twee kinderen
D
Geen huisdier en géén kind

Slide 5 - Quiz

Mijn zoontje is 9 maanden en hij heet...
A
Sep
B
Bert
C
Jens
D
Yusuf

Slide 6 - Quiz

Ik ben..
A
Alleen (geen partner)
B
Verloofd
C
Getrouwd
D
Gescheiden

Slide 7 - Quiz

Verzorging,
waar denk jij dan aan?

Slide 8 - Mind map

Thema's
- Hygiëne                                                      (Proefwerk)
- Voeding                                                      (proefwerk)
- Gezondheid                                              (opdracht + proefwerk)
- Relaties en puberteit                            (proefwerk)

Verder krijg je een cijfer voor je inzet en gedrag tijdens de lessen!

Slide 9 - Slide

Lijkt verzorging jou een leuk vak?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Je kunt iemand of iets VERZORGEN, je kunt ook jezelf verzorgen. Moet jij wel eens zorgen voor iemand anders?
A
Ja, soms
B
Ja, iedere dag
C
Nee
D
Nooit, ik zorg niet eens voor mezelf

Slide 11 - Quiz

Koken
Bij verzorging gaan we ook koken, kook jij wel eens thuis? En wat zou je leuk vinden om te koken?

Slide 12 - Slide

Kook jij wel eens thuis?
A
Ja
B
Soms
C
Nee

Slide 13 - Quiz

Ik vind het leuk om eten te koken
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Wat zou jij wel willen leren koken?

Slide 15 - Open question

Heb jij een voedingsallergie?
Schrijf het hier op en geef het ook even door aan mij!

Slide 16 - Open question

REGELS
Wat doe je wél en wat doe je NIET tijdens het koken? 

Slide 17 - Slide

Wat doe je WEL tijdens het koken
Wat doe je NIET tijdens het koken?
Op je telefoon zitten
Handen wassen
Rondlopen
Eerst het recept lezen
Bij je pan blijven
Met een theedoek slaan
Proeven

Slide 18 - Drag question

Afwassen doe je in...
A
lauw water met een beetje afwasmiddel
B
kokend water met een beetje afwasmiddel
C
warm water met een beetje afwasmiddel
D
koud water met een beetje afwasmiddel

Slide 19 - Quiz

Hoe heet dit rode doekje?
A
Theedoek
B
Vaatdoekje
C
Dweil
D
Handdoek

Slide 20 - Quiz

Wat doe je met een vaatdoek?
A
Afwassen
B
Afdrogen
C
De aanrecht schoonmaken

Slide 21 - Quiz

Hoe heet
deze doek?
A
Vaatdoek
B
Handdoek
C
Theedoek
D
Dweil

Slide 22 - Quiz

Wat doe je met een theedoek?
A
Afwassen
B
Afdrogen
C
De aanrecht schoon maken

Slide 23 - Quiz

Beroepen die met
verzorging te maken
hebben.

Slide 24 - Mind map

Welk beroep dat te maken heeft met verzorging zou jij later wel willen doen?

Slide 25 - Open question

Bloedneus
Bekijk het filmpje met oortjes in en beantwoord hierna de vragen. 

Slide 26 - Slide

Heb jij wel eens een bloedneus gehad?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Video

Wist jij voor het filmpje al wat je moest doen bij een bloedneus?
A
Ja
B
Nee
C
Ja, maar ik deed het verkeerd
D
Nee, maar het klinkt logisch

Slide 29 - Quiz

Hoe moest je ook alweer zitten als je een bloedneus hebt?
A
Met je hoofd naar achter
B
met je hoofd helemaal naar voren
C
met je hoofd een klein beetje naar voren
D
Je moet gaan liggen

Slide 30 - Quiz

Gezond eten hoort ook bij verzorging, vind jij dat jij gezond eet?

Slide 31 - Open question

Waarom is gezond eten wél echt heel belangrijk?

Slide 32 - Open question

Wat gaan we doen?
Jullie werken in tweetallen aan de volgende opdracht die je op papier krijgt. Ben je klaar dan maak je de ABC opdracht die op het bord staat. 

Ondertussen leg ik wat dingen uit over de keuken. Volgende week ga je een klein opdrachtje uitvoeren in de keuken om deze te leren kennen.

Slide 33 - Slide

OPDRACHT
Maak een ABC van voeding.
Je schrijft bij ELKE letter van het alfabet een voedingsmiddel die begint met die letter.. dus A: Avocado (bijvoorbeeld). Helemaal tot en met Z..   
Maak dit op de achterkant van je andere opdracht

SUCCES!!

Slide 34 - Slide