Insulae H2.3 Dichtheid

Afspraken
Telefoon in telefoontas
Spullen bij en op tafel
Huiswerk gemaakt = 30 min aan huiswerk gewerkt
Zet je begin en eindtijd bij je opgaven
Respectvol naar jezelf, je medeleerlingen en docenten
Veiligheid voor alles
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Afspraken
Telefoon in telefoontas
Spullen bij en op tafel
Huiswerk gemaakt = 30 min aan huiswerk gewerkt
Zet je begin en eindtijd bij je opgaven
Respectvol naar jezelf, je medeleerlingen en docenten
Veiligheid voor alles

Slide 1 - Slide

Dichtheid uitleg les 2.3
Benodigheden
- Werkboek
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 2 - Slide

Lesplanning
0 min    
2 min    Uitleggen doelen deze les
5 min    Theorie uitleg
15 min  Zelfstandig werken/ huiswerkcontrole
35 min Filmpje

Inhoud
Werkvorm
Ontvangst
Individueel
Lesdoelen 
Klassikaal
Quizz over het huiswerk (16 vragen)
Klassikaal
Lesdoelen herhalen
Klassikaal
Nieuwe Lesdoelen uitleggen
Groepsgewijs
Afsluiting herhalen doelen deze les
Klassikaal
Lesplanning

Slide 3 - Slide

Doelen (vanuit Insulea)
  • L2 -9 Je kunt omschrijven wat we met dichtheid bedoelen.
  • L2 -10 Je kunt de dichtheid van een stof berekenen met de massa en het volume.
  • L2 -11 Je kunt de massa van een stof berekenen met het volume en de dichtheid.
  • L2 -12 Je kunt het volume van een stof berekenen met de massa en de dichtheid.
  • L2 -13 Je kunt de dichtheid van een stof opzoeken in de bijlagen.
  • L2 -14 Je kent de eenheden voor massa, volume en dichtheid.
  • L2 -15 Je herkent het als je de eenheid voor massa en/of volume om moet rekenen zodat je de dichtheid van een stof kunt berekenen.
  • L2 -16 Je kunt een stof identificeren als je de dichtheid van de stof weet.
  • L2 -17 Je kunt beredeneren of een stof bovenop of onder een andere stof zal liggen.

Slide 4 - Slide

Lesplanning
0 min    
2 min    Uitleggen doelen deze les
5 min    Theorie uitleg
15 min  Zelfstandig werken/ huiswerkcontrole
35 min Filmpje

Slide 5 - Slide

1. Welke stap ontbreekt
oppervlak = ?
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 120 x 90
oppervlak = 10800 m2
A
Gegeven
B
Gevraagd
C
Formule
D
Berekening

Slide 6 - Quiz

2. Welke stap ontbreekt
lengte = 120 m, breedte = 90 m
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 120 x 90
oppervlak = 10800 m2
A
Gegeven
B
Gevraagd
C
Formule
D
Berekening

Slide 7 - Quiz

3. Welke stap ontbreekt
oppervlak = ?, lengte = 120 m, breedte = 90 m
oppervlak = 120 x 90
oppervlak = 10800 m2
A
Gegeven
B
Gevraagd
C
Formule
D
Berekening

Slide 8 - Quiz

4. Welke stap ontbreekt
oppervlak = ?, lengte = 120 m, breedte = 90 m
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 10800 m2
A
Gegeven
B
Gevraagd
C
Formule
D
Berekening

Slide 9 - Quiz

5. Wat is het antwoord?
oppervlak = ?, lengte = 120 m, breedte = 90 m
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 120 x 90
A
10200 m2
B
10400 m2
C
10800 m2
D
11000 m2

Slide 10 - Quiz

6. Wat is het antwoord?
lengte = ?, oppervlakte = 30 000 mm2, breedte = 150 mm
lengte = oppervlakte : breedte
lengte = 30 000 : 150
A
lengte = 100 mm
B
lengte = 200 mm
C
lengte = 400 mm
D
lengte = 800 mm

Slide 11 - Quiz

7. Wat is het antwoord?
lengte = ?, oppervlakte = 354 m2, breedte = 10 m
lengte = oppervlakte : breedte
lengte = 354 : 10
A
lengte = 35,4 mm
B
lengte = 0,354 m
C
lengte = 3,54 m
D
lengte = 35,4 m

Slide 12 - Quiz

8. Wat is het antwoord?
breedte = ?, oppervlakte = 3 200 cm2, lengte = 80 cm
breedte = oppervlakte : lengte
breedte = 3 200 : 80
A
breedte = 40 cm
B
breedte = 20 cm
C
breedte = 80 cm
D
breedte = 40 m

Slide 13 - Quiz

9. Wat is het antwoord?
oppervlak = ?, lengte = 0,7 m, breedte = 0,9 m
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 0,7 x 0,9
A
oppervlak = 0,63 m
B
oppervlak = 0,63 m2
C
oppervlak = 0,63 cm
D
oppervlak = 0,63 cm2

Slide 14 - Quiz

10. Wat is het antwoord?
oppervlak = ?, lengte = 210 mm, breedte = 260 mm
oppervlak = lengte x breedte
oppervlak = 210 x 260
A
oppervlak = 54600mm2
B
oppervlak = 54600mm
C
oppervlak = 54600m2
D
oppervlak = 54600m

Slide 15 - Quiz

11. Wat is het antwoord?
volume = ?, breedte = 41 cm, hoogte = 3,5 cm, lengte = 28 cm
volume = lengte x breedte x hoogte
volume = 28 x 41 x 3,5
A
volume = 4 018 cm
B
volume = 4 018 cm2
C
volume = 4 018 cm3
D
volume = 4 018 cm4

Slide 16 - Quiz

12. Wat is het antwoord?
633 hm2 = ? m2
A
6330 m2
B
63300 m2
C
633000 m2
D
6330000 m2

Slide 17 - Quiz

13. Wat is het antwoord?
624 m2 = ? dm2
A
624 dm2
B
6240 dm2
C
62400 dm2
D
624000 dm2

Slide 18 - Quiz

14. Wat is het antwoord?
35,8 cm2 = ? dm2
A
0,0358 dm2
B
0,358 dm2
C
3,58 dm2
D
35,8 dm2

Slide 19 - Quiz

15. Wat is het antwoord?
569 dam2 = ? dm2
A
5690000 dm2
B
569000 dm2
C
56900 dm2
D
5690 dm2

Slide 20 - Quiz

16. Was dit een leuke manier om de stof te herhalen?
A
Ja
B
Nee
C
Ja langer
D
Ja korter

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Video

Slide 23 - Slide

Doelen (vanuit Insulea)
  • L2 -9 Je kunt omschrijven wat we met dichtheid bedoelen.
  • L2 -10 Je kunt de dichtheid van een stof berekenen met de massa en het volume.
  • L2 -11 Je kunt de massa van een stof berekenen met het volume en de dichtheid.
  • L2 -12 Je kunt het volume van een stof berekenen met de massa en de dichtheid.
  • L2 -13 Je kunt de dichtheid van een stof opzoeken in de bijlagen.
  • L2 -14 Je kent de eenheden voor massa, volume en dichtheid.
  • L2 -15 Je herkent het als je de eenheid voor massa en/of volume om moet rekenen zodat je de dichtheid van een stof kunt berekenen.
  • L2 -16 Je kunt een stof identificeren als je de dichtheid van de stof weet.
  • L2 -17 Je kunt beredeneren of een stof bovenop of onder een andere stof zal liggen.

Slide 24 - Slide

Herhaling
  • L2 -9 Je kunt omschrijven wat we met dichtheid bedoelen.
  • L2 -10 Je kunt de dichtheid van een stof berekenen met de massa en het volume.
  • L2 -11 Je kunt de massa van een stof berekenen met het volume en de dichtheid.
  • L2 -12 Je kunt het volume van een stof berekenen met de massa en de dichtheid.
  • L2 -13 Je kunt de dichtheid van een stof opzoeken in de bijlagen.
  • L2 -14 Je kent de eenheden voor massa, volume en dichtheid.
  • L2 -15 Je herkent het als je de eenheid voor massa en/of volume om moet rekenen zodat je de dichtheid van een stof kunt berekenen.
  • L2 -16 Je kunt een stof identificeren als je de dichtheid van de stof weet.
  • L2 -17 Je kunt beredeneren of een stof bovenop of onder een andere stof zal liggen.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Doen:
Afmaken en nakijken 2.2
Als je klaar bent mag je je eigen werk nakijken, vraag on toestemming om verder te gaan
timer
20:00

Slide 27 - Slide

Doen:
Lezen en maken 2.3
Als je klaar bent mag je je eigen werk nakijken, vraag on toestemming om verder te gaan
timer
20:00

Slide 28 - Slide