7.4 De vorming van het Nederlandse landschap GOED

deel 1
7.4 De vorming van het Nederlands landschap
1 / 34
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

deel 1
7.4 De vorming van het Nederlands landschap

Slide 1 - Slide

1. Herhaling
2. Leervragen 7.4 (deel 1)
3. Uitleg
4. Werktijd
5. Afsluiting
Planning

Slide 2 - Slide

Leervragen
Uitleggen wat stuwwallen zijn en hoe deze ontstaan
Aan het eind van de les...
Uitleggen wat N.A.P. is en welk deel van Nederland onder de zeespiegel ligt.
Benoemen hoe duinen ontstaan.
Het verschil benoemen tussen terpen en dijken.
Uitleggen wat een polder is.

Slide 3 - Slide

Terugblik: Nederland is laagvlakte 

Slide 4 - Slide

Laagvlakte
Rivier stroomt hier snel 
Stenen botsen tegen elkaar en worden kleiner
Zand en klei zakken naar de bodem
Rivier stroomt hier langzaam

Slide 5 - Drag question

Samen lezen: een dik pak ijs blz. 113

Slide 6 - Slide

De ijstijd 
  • 200.00 jaar geleden wordt het kouder
  • Noord Europa is bedenkt onder een laag ijs
  • Ook de helft van Nederland

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Wat zijn stuwwallen?
A
heuvels door landijs opgestuwd
B
landijstong
C
heuvels door water opgestuwd
D
kringen onder je ogen

Slide 12 - Quiz

IJstong
Smeltwaterdal
Stuwwal

Slide 13 - Drag question

Slide 14 - Slide

Op welke foto zie je een stuwwal?
A
B
C

Slide 15 - Quiz

Na de ijstijd 
  • het wordt warmer en het ijs smolt 
  • Zwerfkeien uit Scandinavië blijven liggen
  • Nederland kwam onder water te liggen

Slide 16 - Slide

  • Nederland ligt voor de helft onder water
  • NAP = Normaal Amsterdams Peil
  • Land hoger dan 1 m boven NAP noem je hoog-Nederland 
Nederland en NAP 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

NAP staat voor:
A
Nieuw Amersfoorts Peil
B
Normaal Amsterdams Peil
C
Nieuw Amsterdams Peil
D
Nederlands Algemeen Peil

Slide 19 - Quiz

Hoog-Nederland
Laag-Nederland
15 meter boven de NAP
5 meter onder de NAP

Slide 20 - Drag question

      Aan het werk
  1. Maken 7.4 opdr. 1 t/m 5
    (blz. 112 t/m 115)
  2. Klaar!: Maken Herhaling &
    verdieping (blz. 118/119)
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Duinen
Na elke overstroming blijft er klei achter waar zand op waait. Hier groeit gras op

Slide 22 - Slide

Veen
Meren en plassen stapelen zich dode plantenresten

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Terpen
woonheuvels om droog te blijven

Slide 25 - Slide

Dijken 
verhoging om droog te blijven 

Slide 26 - Slide

Polder

Rivier
Kanaal
Veengrond

Stuwwal
Duin
Dijk
Door mensen gemaakt
Door de natuur gemaakt

Slide 27 - Drag question

Een polder
Een stukje van een dijk
Een terpdorp

Slide 28 - Drag question

1 Na de ijstijd veranderde het lage westen van Nederland in ___________________.
 
2 Doordat op hoopjes zand gras groeide, ontstonden ___________________ langs de kust.

3 Dode plantenresten op de bodem van plassen, vormden ___________________.

4 Om minder last van overstromingen te hebben, gingen mensen op ___________________ wonen.
5 Ook legden ze ___________________ aan die het water moesten tegenhouden.
 

Sleep de woorden naar de juiste plek
moerassen
duinen
veen
terpen
dijken

Slide 29 - Drag question

Duinen
Terp
Zwerfkeien
Stuwwallen

Slide 30 - Drag question

Polder 
Omdijkt gebied dat door mensen gemaakt is en water is weggevoerd

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Juist
Onjuist
Rivierdijken zijn een voorbeeld van een natuurlandschap
Duinen zijn een voorbeeld van cultuurlandschap
Stuwwallen zijn een voorbeeld van een natuurlandschap
Een polder is een voorbeeld van een natuurlandschap

Slide 33 - Drag question

      Aan het werk
  1. Maken 7.4 opdr. 6 t/m 10
(blz. 115 t/m 117)
Klaar!: Maken Herhaling &
verdieping (blz. 118/119)
timer
10:00

Slide 34 - Slide