12.3 Reactie en remmen (+ herhaling krachten)

1 / 24
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Planning
Herhaling 12.2
Reactie afstand en remafstand
Afmaken 12.2
Maken 12.3

Slide 2 - Slide

Je zet de kruk op de tafel:
A
Veerkracht
B
Wrijvingskracht
C
Zwaartekracht
D
Spierkracht

Slide 3 - Quiz

De kruk die je net op tafel hebt gezet valt weer naar beneden... Dit is:
A
Veerkracht
B
Wrijvingskracht
C
Zwaartekracht
D
Spierkracht

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Snelheid berekenen
s = Afstand in kilometers (of meter)

v = Snelheid in km/h (of m/s)

t = tijd in uur (of seconde)

Slide 6 - Slide

De eenheid van kracht is
A
meter
B
F
C
Newton
D
power

Slide 7 - Quiz

Een pak suiker is 1 kg. Hoe groot is de zwaartekracht die op het pak suiker werkt?
A
0,1 N
B
1 N
C
10 N
D
100 N

Slide 8 - Quiz


Wie wint?
A
Links
B
Rechts

Slide 9 - Quiz

Als de bovenste pijl 80N is, hoeveel is de onderste dan?
A
100 N
B
80 N
C
40 N
D
20 N

Slide 10 - Quiz


A
Geen idee, de schaal staat er niet bij?
B
Oh daar kom ik wel uit hoor.

Slide 11 - Quiz

12.3 Reactie en remmen

Slide 12 - Slide

Stopafstand?
Dat is de reactieafstand + remweg = Stopafstand

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Hoe noem je de afstand die een persoon aflegt in de 1,4 seconden die hij nodig heeft om op de rem te trappen?
A
Remweg
B
Reactieafstand
C
Stopafstand

Slide 17 - Quiz

De stopafstand is
A
Reactieafstand + remweg
B
Reactieafstand + reactietijd
C
Hoe lang het duurt voor je stopt
D
De afstand tot het stopbord

Slide 18 - Quiz

De reactieafstand is 25,8 m en de remweg is 36,8 m.
Hoe groot is de stopafstand?
A
11 meter
B
25,8 meter
C
36,8 meter
D
62,6 meter

Slide 19 - Quiz

Een fietser rijdt met een snelheid van 18 km/h. Hij wil remmen voor een zebrapad. Zijn reactietijd is 0,8 s. Hoe groot is zijn reactieafstand?
A
4 m
B
22,5m
C
14,4m
D
het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 20 - Quiz

Berekening
18 Km/h : 3,6 =  5 m/s
5m/s  x 0,8 s = 4 m

Slide 21 - Slide

een vrachtwagen rijdt in de regen met 22,2m/s. hoe groot is zijn remweg?
A
24,5m
B
48m
C
50m
D
het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 22 - Quiz

Een fietser fietst op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn rem legt hij 2 meter af en daarna komt hij na het remmen op een totale afstand van 9 meter tot stilstand. Wat was zijn remweg?
A
4,5 meter
B
7 meter
C
9 meter
D
11 meter

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide