3.6 Het parlement controleert

3.6 Het parlement controleert
1 / 31
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.6 Het parlement controleert

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
H4A en H4D vrijdag 6 december
1. Terugkoppeling les gisteren
2. Vraag 11 maken 3.5
3. Uitleg 3.6 Het parlement controleert
4. Huiswerk: maken van 3.6 opdrachten: 1, 2, 5, 6, 7, 10, 11 en 14

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 3.6
In deze paragraaf leer je:
  • wat de taken en bevoegdheden zijn van het parlement
  • op welke manier het parlement macht uitoefent
  • over de verhouding tussen parlement en regering

Slide 3 - Slide

Even herhalen....hoe zat het ook alweer?
= dagelijks bestuur van Nederland
Regering

Slide 4 - Slide

Maak vraag 11 op blz. 88
1. maak dit samen met je buur
2. Klassikale terugkoppeling
timer
3:00

Slide 5 - Slide

Antwoord vraag 11

Slide 6 - Slide

De minister voert uit
uitvoerende macht

Slide 7 - Slide

KABINET SCHOOF
Het dagelijks bestuur van Nederland





                En wie zit er tegenover vak K?

Slide 8 - Slide

Het Parlement
wetgevende macht

Slide 9 - Slide

Inleiding
De ministers en staatssecretarissen besturen dus samen het land, maar ze mogen plannen pas uitvoeren als die zijn goedgekeurd door het parlement.

Slide 10 - Slide

Parlementaire democratie
Vraag: 
Sinds wanneer is Nederland eigenlijk een parlementaire democratie?

Slide 11 - Slide

Het Parlement

Slide 12 - Slide

Wetgeving

Slide 13 - Slide

Tweede Kamer

Slide 14 - Slide

Eerste Kamer

Slide 15 - Slide

Regeringspartij en oppositiepartij

Slide 16 - Slide

Hoe is de macht verdeeld?
De Tweede Kamer vervult twee belangrijke taken:
1.  Wetgevende taak
2. Controlerende taak

Vraag: 
Dus ministers hebben wetgevende en uitvoerende macht. 
Is dat teveel macht?

Slide 17 - Slide

Trias Politica
Vraag: 
Waarom kan een minister niet lid zijn van de Tweede Kamer?

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Polderen
'Polderen'
De eerste Nederlandse polders ontstonden in de 11e eeuw. In deze tijd werden er al dijken om een gebied geplaatst, waarna dit gebied werd leeggepompt om extra land te winnen. De term 'poldermodel' komt van de samenwerking die nodig was om het water buiten de nieuwe polders te houden.

Slide 21 - Slide

Voorbeeld polderen

Slide 22 - Slide

Aan de slag!
Huiswerk: 
maken van 3.6 opdrachten: 1, 2, 5, 6, 7, 10, 11 en 14 en lezen paragraaf 3.7 Gemeente en provincie.

NB 3.1 t/m 3.8 : stof voor de toetsweek

Keuze:
  • beginnen aan opdrachten van 3.6
  • werken aan je PO


Slide 23 - Slide

Hoeveel leden telt de Tweede kamer?
A
50 leden
B
75 leden
C
100 leden
D
150 leden

Slide 24 - Quiz

Waaruit bestaat de regering?
A
Tweede Kamerleden
B
Ministers & staatssecretarissen
C
Koning & ministers
D
Coalitie

Slide 25 - Quiz

Waaruit bestaat het kabinet?
A
Tweede Kamerleden
B
Ministers & staatssecretarissen
C
Koning & ministers
D
Coalitie

Slide 26 - Quiz

Welke taak en welk recht worden hier benut door D66?
A
controlerende taak, recht van interpellatie
B
wetgevende taak, recht van amendement
C
wetgevende taak , recht van initiatief
D
controlerende taak, recht van initiatief

Slide 27 - Quiz

Waaruit bestaat het parlement?
A
Eerste Kamer
B
Tweede Kamer
C
Eerste + Tweede Kamer
D
Koning & ministers

Slide 28 - Quiz

Wat zijn volksvertegenwoordigers?
A
Tweede Kamerleden
B
Lijsttrekkers
C
Eerste Kamerleden
D
Alle gekozen politici

Slide 29 - Quiz

Hoeveel leden telt de Eerste Kamer?
A
50 leden
B
75 leden
C
100 leden
D
150 leden

Slide 30 - Quiz

Wat gaan we deze les doen?
H4B en H4C donderdag 5 december
  1. Huiswerk: lezen par. 3.6
  2. Terugkoppeling les gisteren
  3. Uitleg 36 Het parlement controleert
  4. Huiswerk: maken van 3.6 opdrachten : 

Slide 31 - Slide