LJ2 D'accord chapitre 8

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Sleep de Nederlandse woorden naar de Franse

l'autre bout de

Il manque

atterir

un mineur

accès libre

de andere kant van

er ontbreekt

landen

een minderjarige

vrije toegang

PRÉSENT

Werkwoorden op -er

Werkwoorden op -ir

Werkwoorden op -re

Uitgangen:

-e, -es, -e, -ons, -ez, -ent

Uitgangen:

-s, -s, ..., -ons, -ez, -ent

Uitgangen: 

-is, -is, -it, -issons, -issez, -issent

de richting

1. le direction
2. la direction

de kosten

1. le coût
2. les coûts

de voorstelling

1. le show
2. le spectacle
3. le théatre

samen

1. ensemble
2. imprimer
3. espérer
4. étonné

Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?

-ER

-IR

-RE

-ER

-IR

-RE

-e

-es

-e

-ons

-ez

-ent

-is

-is

-it

-issons

-issez

-issent

-s

-s

- -

-ons

-ez

-ent

de vuilnisbak

de boom

wisselen

duiken

	Parl er	Perd re	Chois ir
Je
Tu
Il/elle/on
Nous
Vous
Ils/elles

Zet de uitgangen op de juiste plek

-it

-issent

-e

-ons

-ent

-s

-ez

-es

Tekst

Sleep het plaatje naar de tekst

il fait beau

il pleut

il fait froid

il fait du vent

il fait du brouillard

Le ciel est couvert

Regelmatige werkwoorden op -er

Regelmatige werkwoorden op -ir

Regelmatige werkwoorden op -re

Vendre

Finir

Aimer

Choisir

Attendre

Regarder

Hoe zeg je:
Pardon / sorry?

Hoe zeg je:
Ik begrijp het niet.

Hoe zeg je:
Niet zo vlug, alstublieft.

Uitgangen werkwoorden op -er

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

tu

je

- ons

-ent

- e

-ez

-es

Kladblaadje werkwoorden ER

parler = praten

travailler = werken

danser = dansen

couper = knippen

écouter = lusiteren

Hoe zeg je:
wij praten

Hoe zeg je:
u werkt

hoe zeg je:
de kapper (le coiffeur) knipt

hoe zeg je:
de leerlingen (les élèves) luisteren

Kladblaadje werkwoorden RE

vendre = verkopen

rendre = teruggeven

descendre = uitstappen

perdre = verliezen

entendre = horen

Hoe zeg je:
ik verkoop

Hoe zeg je:
wij stappen uit

hoe zeg je:
u hoort

hoe zeg je:
het team (l'équipe) verliest

Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?

-ER

-IR

-ER

-IR

-e

-es

-e

-ons

-ez

-ent

-is

-is

-it

-issons

-issez

-issent

Kladblaadje werkwoorden IR

grandir = groeien

rougir = blozen

réussir = slagen

choisir = kiezen

Hoe zeg je:
hij kiest

hoe zeg je:
wij slagen

hoe zeg je:
de meisjes (les filles) blozen

Hoe zeg je:
de hond (le chien) groeit

Je

Ils/elles

Vous

Nous

Il/elle/on

Tu

Verbes en        -er          -ir           -re

Wat zijn de uitgangen in de présent?

-e

-it

-ent

-ons

-s

-issons

-s

-is

-ons

-issent

-is

-es

-

-ez

-ent

-ez

-issez

-e